Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid

Wet van 6 december 2023, houdende regels inzake de coördinatie ten aanzien van terrorismebestrijding en de bescherming van de nationale veiligheid ten behoeve van het verhogen van de weerbaarheid tegen dreigingen en risico’s (Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een wettelijke grondslag te bieden voor de coördinatie ten aanzien van terrorismebestrijding en de bescherming van de nationale veiligheid ten behoeve van het verhogen van de weerbaarheid tegen dreigingen en risico’s en daarbij de nodige waarborgen op te nemen voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1 Definities

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:– Onze Minister:

Onze Minister van Justitie en Veiligheid;– Visumcode:

verordening 810/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (PbEU 2009, L 243).

Artikel 2 Coördinatietaak
  1. Onverminderd de taken en bevoegdheden van betrokken overheidsorganisaties op grond van de op hen toepasselijke wetgeving, coördineert Onze Minister de samenhang en effectiviteit van het beleid en de door overheidsorganisaties te nemen maatregelen in het kader van terrorismebestrijding en de bescherming van de nationale veiligheid, met het oog op het verhogen van de weerbaarheid tegen dreigingen en risico’s, het beschermen van de nationale veiligheidsbelangen en het voorkomen van maatschappelijke ontwrichting. 2. De in het eerste lid bedoelde taak ziet op: a. het bevorderen van de samenwerking tussen betrokken overheidsorganisaties en maatschappelijke organisaties; b. het bevorderen van de informatiedeling tussen betrokken overheidsorganisaties voor zover dit noodzakelijk is met het oog op het treffen van maatregelen naar aanleiding van een concrete gebeurtenis; c. het bevorderen van de samenhang en effectiviteit van het in het eerste lid bedoelde beleid en het evalueren van dit beleid, met name naar aanleiding van de concrete toepassing van het beleid en genomen maatregelen in de praktijk en, indien de evaluatie daartoe aanleiding geeft, het op basis daarvan in samenwerking met betrokken overheidsorganisaties ontwikkelen van voorstellen voor verbetering. 3. In verband met de taak, bedoeld in het eerste lid, kan Onze Minister trends en fenomenen signaleren, analyseren en duiden. In dat kader wordt geen onderzoek gedaan gericht op personen, of organisaties.

Artikel 3 Gegevensverwerking
  1. Onze Minister kan, voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van de in artikel 2 bedoelde taak, gegevens, waaronder persoonsgegevens, verwerken: a. afkomstig uit publiek toegankelijke bronnen; b. ontvangen op grond van artikel 6. 2. Bij...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT