Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Oost-Nederland, 13 de Febrero de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak13 de Febrero de 2013
Uitgevende instantie:Rechtbank Oost-Nederland

vonnis

RECHTBANK OOST-NEDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Zutphen

zaaknummer / rolnummer: C/06/122053 / HA ZA 11-482

Vonnis van 13 februari 2013

in de zaak van

  1. [eiser sub 1],

  2. [eiseres sub 2],

    beide wonende te [plaats, gemeente],

    eisers in conventie,

    verweerders in reconventie,

    advocaat mr. M. Meijer te Apeldoorn,

    tegen

  3. [gedaagde sub 1]

  4. [gedaagde sub 2],

    beide wonende te [plaats, gemeente],

    gedaagden in conventie,

    eisers in voorwaardelijke reconventie,

    advocaat mr. drs. A.J. Fontijn te ’s Gravenhage.

    Partijen zullen hierna [eisers] en [gedaagden] worden genoemd.

  5. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het tussenvonnis van 29 augustus 2012

    - de brief van mr. Meijer van 26 september 2012 met een brief van [naam 1] en de [naam 2] van 17 september 2012 als bijlage

    - het proces-verbaal van comparitie ter plaatse van 1 oktober 2012

    - de akte na descente van de zijde van [gedaagden]

    - de antwoordakte na descente van de zijde van [eisers]

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  6. De verdere beoordeling in conventie en in reconventie

    2.1. De rechtbank neemt hetgeen zij in het tussenvonnis van 29 augustus 2012 (hierna: het tussenvonnis) heeft overwogen en beslist over en volhardt daarin. In dit tussenvonnis heeft de rechtbank een comparitie ter plaatse gelast en daarin aangekondigd dat zij partijen ter comparitie zal vragen hun stellingen toe te lichten ten aanzien van de vraag of de weg over [perceel 1] is bestemd tot buurweg alsook zal horen over het voornemen terug te komen op de bindende eindbeslissing dat de bewoners van [adres A, nr. 1] tot 2007 nooit van deze weg gebruik hebben gemaakt om van en naar de openbare weg aan [straat A] te komen.

    Buurweg

    2.2. Het huidige Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) kent het begrip buurweg niet. Op grond van het bepaalde in artikel 160 Overgangswet NBW brengt het in werking treden van het huidige BW geen wijziging in rechten, bevoegdheden en verplichtingen met betrekking tot een buurweg die voor 1 januari 1992 is ontstaan. Voorts volgt uit dit artikel dat het voor de gelding van een buurweg niet van betekenis is of van die buurweg blijkt uit een inschrijving in de openbare registers.

    2.3. In artikel 719 BW (oud) stond: “Voetpaden, dreven of wegen aan verscheiden geburen gemeen, en welke hun tot eenen uitweg dienen, kunnen niet dan met gemeene toestemming worden verlegd, vernietigd of tot een ander gebruik, dan waartoe dezelve zijn bestemd geweest”.

    2.4. Hoewel partijen...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT