Besluit van 12 april 2023, houdende wijziging van het Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG in verband met patiëntenspreiding alsmede inzicht in capaciteit van zorgaanbieders en druk op de zorg

Besluit van 12 april 2023, houdende wijziging van het Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG in verband met patiëntenspreiding alsmede inzicht in capaciteit van zorgaanbieders en druk op de zorg

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 31 januari 2023, kenmerk 3506742-1043030-WJZ; Gelet op artikel 56a, eerste lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg;De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 maart 2023, no. W13.23.00018/III);Gezien het nader rapport van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 7 april 2023 kenmerk 3561490-1043030-WJZ; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Onderdeel B, onder 5, van de bijlage bij het Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG wordt als volgt gewijzigd: 1. Het opschrift komt te luiden: Acute zorg. 2. Subonderdeel a komt te luiden: a. coördinatie traumazorg, regionaal overleg acute zorgketen, patiëntenspreiding alsmede inzicht in capaciteit en druk op de zorg

Het gaat hierbij om– het organiseren van de beschikbaarheid en bereikbaarheid van traumazorg in instellingen voor medisch specialistische zorg; – het onderhouden en ontwikkelen van het traumazorgnetwerk en de kenniscentrumfunctie voor traumazorg alsmede het uitvoeren van activiteiten gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de traumazorg; – het uitvoeren van de activiteiten, omschreven bij of krachtens de artikelen 8A.2 en 8A.3 van het Uitvoeringsbesluit Wkkgz; – het, ten behoeve van de beschikbaarheid van de acute zorg, verkrijgen en bieden van zoveel mogelijk inzicht in de actuele en toekomstige capaciteit van zorgaanbieders en druk op de zorg, in de eigen regio en, samen met de andere traumacentra, in alle regio’s gezamenlijk; – het coördineren van de spreiding en plaatsing van patiënten binnen de eigen regio alsmede het coördineren van de spreiding van patiënten tussen verschillende regio’s en zo nodig en mogelijk in het buitenland, als de beschikbaarheid van de acute zorg in één of meerdere regio’s onder druk staat; – het coördineren van het vervoer van patiënten die bovenregionaal of internationaal gespreid worden.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2023.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 12 april 2023Willem-AlexanderDe Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Uitgegeven de zesentwintigste april 2023 De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen deel

  1. Inleiding

    Met dit besluit wordt onderdeel B, onder 5, van de bijlage bij het Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG op een aantal punten gewijzigd. Deze wijzigingen hebben, naast enkele technische aanpassingen, tot doel te bewerkstelligen dat de in subonderdeel a reeds geregelde beschikbaarheidbijdrage ten behoeve van de beschikbaarheid van de acute zorg wordt verbreed naar de volgende activiteiten: • het verkrijgen en bieden van regionaal en landelijk inzicht in de actuele en toekomstige capaciteit van zorgaanbieders én in de actuele en toekomstige druk op de zorg, met het oog op het reguleren van de capaciteit van en de druk op de acute zorg; • het met het oog op het reguleren van de druk op de acute zorg coördineren van de spreiding en plaatsing van patiënten en het daarbij coördineren van het vervoer van patiënten die (boven)regionaal of internationaal gespreid worden.

    Dit besluit kent geen nieuwe taken en bevoegdheden toe aan de traumacentra die de beschikbaarheidbijdrage ontvangen. Ook wordt in dit besluit niets geregeld over het aanleveren of delen van informatie. Dergelijke vragen moeten nog beantwoord worden en er wordt nog bezien wat eventueel in regelgeving wordt opgenomen.

    Een beschikbaarheidbijdrage is bedoeld om de beschikbaarheid van noodzakelijke vormen van zorg te waarborgen. In het Integraal Zorgakkoord worden zorgcoördinatie in de acute zorg en het ELV-coördinatiepunt als voorbeelden genoemd van een systeemfunctie, een regionale voorziening waarvan de beschikbaarheid moet zijn geborgd. Het gaat om een tijdelijke verbreding. Na twee jaar zal bezien worden of bekostiging via de beschikbaarheidbijdrage, mede in het licht van de ontwikkelingen met betrekking tot de landsdekkende inrichting van zorgcoördinatie1, de meest passende structurelere vorm van bekostiging is. De hoofdlijn is immers dat zorgaanbieders in beginsel hun kosten financieren uit de opbrengst van tarieven voor geleverde prestaties die zij in rekening brengen aan de individuele verzekerde of diens verzekeraar.

    Hieronder wordt nader ingegaan op bovenbedoelde activiteiten (paragrafen 2 en 3), de beschikbaarheidbijdrage daarvoor (paragraaf 4), de uitkomsten van de consultatie en de uitvoeringstoets van de Nederlandse Zorgautoriteit (paragrafen 5 en 6), de regeldrukeffecten (paragraaf 7) en de fraudetoets (paragraaf 8).

  2. Inzicht in capaciteit en druk op de zorg

    Toen in het begin van de Covid-19-crisis snel duidelijk werd dat de ziekenhuiszorg onder grote druk kwam te staan, is op verzoek van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) door de koepelorganisatie van de traumacentra, de Landelijke Vereniging voor traumacentra (ook wel aangeduid als Landelijk Netwerk Acute Zorg, LNAZ), het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS) opgericht om de ziekenhuizen te ondersteunen bij het spreiden van patiënten en het maken van afspraken daarover. De elf traumacentra waren al belast met de organisatie en de voorbereiding van het regionaal overleg acute zorgketen (ROAZ), waarvoor het traumacentrum in elke regio een beschikbaarheidbijdrage ontvangt om onder meer een ondersteunend bureau in te richten voor de uitvoering van deze taken. Uit deze bureaus vloeiden gedurende de Covid-19-crisis de Regionale Coördinatiecentra Patiënten Spreiding (RCPS-en) voort, die dus onderdeel uitmaken van de onderscheiden traumacentra. Tijdens de crisis steeg de druk op de gehele zorgketen en nam de behoefte aan landelijke, regionale en lokale coördinatie toe, waardoor de taken van de RCPS-en en het LCPS belangrijker en omvangrijker werden. In dat kader was ook een goed zicht op de (toekomstige) capaciteit en drukte in de zorg van groot belang. Op basis van de overeenkomst die was gesloten tussen het ministerie van VWS en het LNAZ voor het LCPS, moest het zicht op de capaciteit en de drukte zich beperken tot de ziekenhuizen.

    Om de beschikbaarheid van acute zorg zo goed mogelijk te borgen is het van belang dat het inzicht in capaciteit en drukte van de zorg blijft bestaan en wordt verbreed. Het gaat wat betreft de drukte in de zorg niet alleen om de drukte op de spoedeisende hulp of de acute opnameafdeling, maar om de drukte in de gehele brede acute zorgketen. Om de gehele keten van instroom in, doorstroom binnen en uitstroom uit de acute zorg toegankelijk te houden, moet ook buiten de muren van het ziekenhuis worden gekeken. Drukte in de acute zorg kan namelijk ook worden veroorzaakt door te grote druk op één schakel in de keten, waardoor het elders in de keten vastloopt met een domino-effect tot gevolg. Zo kan een gebrek aan bedden voor eerstelijnsverblijf (ELV) leiden tot een hoge bedbezetting op verpleegafdelingen, waardoor patiënten niet vanuit de spoedeisende hulp kunnen doorstromen naar een verpleegafdeling. Ook is het zo dat er bij ontbreken van een ELV-bed meer patiënten door de huisarts worden ingestuurd naar de spoedeisende hulp, met het risico dat het stokt op de spoedeisende hulp, waardoor de druk daar oploopt en op die spoedeisende hulp een «stop» moet worden afgekondigd. Dit laatste leidt vervolgens weer tot meer/langduriger inzet van ambulances, omdat deze verder moeten rijden naar een spoedeisende hulp waar nog wel plek is. Daarbij is van belang dat er goed inzicht is in de actuele capaciteit van de spoedeisende hulp bij andere ziekenhuizen, zodat men weet waar de ambulance met de patiënt naartoe moet rijden. Daarnaast is ook het inzicht in andere onderdelen van de acute zorgketen van belang voor de beschikbaarheid van de acute zorg. Zo is voor een goede uitstroom bijvoorbeeld van belang dat inzicht bestaat in de beschikbare ELV-bedden maar ook in de beschikbare wijkverpleging voor onplanbare zorg. Bovendien is het inzicht in de actuele en toekomstige capaciteit van belang voor het spreiden van patiënten (zie hierboven en paragraaf 3 van deze toelichting) en het maken...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT