Besluit van 19 november 2020 tot wijziging van het Besluit SUWI in verband met de taken en verantwoordelijkheden van het Inlichtingenbureau

Besluit van 19 november 2020 tot wijziging van het Besluit SUWI in verband met de taken en verantwoordelijkheden van het Inlichtingenbureau

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 21 juli 2020, nr. 2020-0000095830; Gelet op artikel 63 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 7 oktober 2020, no. W12.20.0285/III);Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 november 2020, nr. 2020-0000140183; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I
Artikel 5.24

van het Besluit SUWI komt te luiden:

Artikel 5.24 Taken en verantwoordelijkheden
  1. Het Inlichtingenbureau verwerkt gegevens die bij of krachtens enige wet door tussenkomst van het Inlichtingenbureau aan of door colleges van burgemeester en wethouders worden verstrekt, voor zover artikel 62 van de Wet SUWI van toepassing is. Het Inlichtingenbureau kan tevens, als verwerker, de gegevens verwerken die door het UWV, de Dienst wegverkeer of de Belastingdienst op grond van enig wettelijk voorschrift worden verstrekt aan colleges van burgemeester en wethouders, voor zover dit noodzakelijk is voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen, bedoeld in artikel 255 van de Gemeentewet. 2. De in het eerste lid genoemde gegevens kunnen justitiële gegevens betreffen, die aan de colleges van burgemeester en wethouders worden verstrekt op grond van artikel 13a, tweede lid, onderdelen l, m en n, van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens met het oog op het nemen van een besluit tot oplegging van een bestuurlijke boete op grond van de wetten, genoemd in die onderdelen. 3. Het Inlichtingenbureau en de betrokken colleges van burgemeester en wethouders zijn gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken als bedoeld in artikel 26 van de Algemene verordening gegevensbescherming, voor de verwerking van persoonsgegevens als bedoeld in het eerste lid, eerste volzin, en het tweede lid. 4. Bij ministeriële regeling kan worden bepaald welke gegevens door het Inlichtingenbureau worden verwerkt bij de uitoefening van de taken, genoemd in het eerste en tweede lid, en wat de respectievelijke verantwoordelijkheden zijn van het Inlichtingenbureau en de betrokken colleges van burgemeester en wethouders voor de nakoming van de verplichtingen uit hoofde van de Algemene verordening gegevensbescherming.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 19 november 2020Willem-AlexanderDe Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, B. van ’t Wout

Uitgegeven de zesentwintigste maart 2021 De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

TOELICHTING

Algemeen

Aanleiding

Aanleiding voor deze wijziging is een briefwisseling tussen de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid met betrekking tot het Inlichtingenbureau (het IB). De AP signaleerde dat ten aanzien van de verschillende verwerkingen van persoonsgegevens door het IB onvoldoende duidelijk is wie daarvoor de verwerkingsverantwoordelijke is in de zin van (thans) de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). In de praktijk fungeert het IB vanuit zijn eigen dienstenaanbod als intermediair tussen gemeenten en andere instanties, en de AP constateerde dat de gegevensverwerkingen die gepaard gaan met deze intermediaire rol de reikwijdte overstijgen van de verantwoordelijkheden van individuele gemeenten, en dat deze verwerkingen onderdeel uitmaken van een stelselvoorziening die wordt beheerd door het IB. Vervolgens concludeert de AP dat de constructie met het IB als verwerker niet aansluit op de functionele inhoud van het begrip verwerkingsverantwoordelijke in de zin van de AVG. Ten eerste kan het IB niet namens individuele gemeenten optreden als verwerker, omdat het IB eigen taken verricht als gegevensknooppunt in opdracht van de minister. Ten tweede hebben de gegevensverwerkingen een gemeente-overstijgend karakter en kan daarom niet worden gezegd dat het IB uitsluitend gegevens verwerkt...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT