Besluit van 6 december 2017 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Verzamelwet SZW 2018

Besluit van 6 december 2017 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Verzamelwet SZW 2018

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 1 december 2017, nr. 2017-0000192076; Gelet op artikel XXXVI van de Verzamelwet SZW 2018;Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  1. De artikelen van de Verzamelwet SZW 2018 treden, met uitzondering van de artikelen I, onderdeel Aa, IV, onderdeel B, V, onderdelen C, D en E, VII, VIII, onderdelen A, B, D, E, H en I, X, XII, XIV, onderdelen E, F en G, XVI, XIX, onderdelen 0A en A, XXIII, XXVI, onderdeel A, XXIX tot en met XXX, XXXI, onderdelen B en E tot en met H, XXXII, onderdelen Na en S, en XXXIII, in werking met ingang van 1 januari 2018, met dien verstande dat artikel XX in werking treedt voordat artikel I, onderdeel L, van de Wet van 31 mei 2017 tot wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en enkele andere wetten in verband met de harmonisatie van de regelgeving met betrekking tot kindercentra en peuterspeelzalen (Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) (Stb. 2017, 252) in werking treedt. 2. De artikelen I, onderdeel Aa, V, onderdelen C, D en E, VII, VIII, onderdelen B, onder 1 en 3, onderdelen a en b, D, E en I, XII, XVI, XIX, onderdelen 0A en A, XXIII, XXVI, onderdeel A, XXXI, onderdelen B en E tot en met H, en XXXIII van de Verzamelwet SZW 2018 treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, met dien verstande dat: a. de artikelen I, onderdeel Aa, VII, XII, XVI en XIX, onderdeel A, terugwerken tot en met 1 oktober 2017; b. artikel V, onderdeel C, terugwerkt tot en met 4 juli 2016; c. de artikelen V, onderdeel D, en XIX, onderdeel 0A, terugwerken tot en met 1 januari 2016; d. artikel VIII, onderdeel I, terugwerkt tot en met 19 juli 2017; e. artikel XXIII terugwerkt tot en met 10 oktober 2017; f. artikel XXVI, onderdeel A, terugwerkt tot en met 1 januari 2017; g. artikel XXXIII terugwerkt tot en met 1 januari 2015. 3. Artikel IV, onderdeel B, van de Verzamelwet SZW 2018 treedt in werking op het tijdstip waarop artikel VI van de Wet aanpak schijnconstructies in werking treedt. 4. Artikel VIII, onderdelen A, B, onder 2 en 3, onderdeel c, en H van de Verzamelwet SZW 2018 treedt in werking met ingang van 1 april 2018. 5. Artikel X van de Verzamelwet SZW 2018 treedt in werking met ingang van 1 april 2018. 6. Artikel XIV, onderdelen E, F en G, van de Verzamelwet SZW 2018 treedt in werking met ingang van het tijdstip waarop artikel 8 van de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie in werking treedt. 7. Artikel XXXII, onderdelen Na en S, van de Verzamelwet SZW 2018 treedt in werking met ingang van 1 juli 2018. 8. Artikel 12 van de Wet raadgevend referendum is van toepassing.

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. Wassenaar, 6 december 2017Willem-AlexanderDe Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

Uitgegeven de vijftiende december 2017 De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Artikel XXXVI

van de Verzamelwet SZW 2018 voorziet in de mogelijkheid dat de artikelen van die wet in werking treden op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld en tevens dat die artikelen of onderdelen daarvan...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT