Besluit van 9 december 2021 tot wijziging van het Besluit bekostiging financieel toezicht 2019 in verband met uitbreiding van het accountantstoezicht door de AFM en doorberekening van integriteitstoezicht aan betaalinstellingen met een vergunning in een andere lidstaat

Besluit van 9 december 2021 tot wijziging van het Besluit bekostiging financieel toezicht 2019 in verband met uitbreiding van het accountantstoezicht door de AFM en doorberekening van integriteitstoezicht aan betaalinstellingen met een vergunning in een andere lidstaat

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 26 oktober 2021, 2021-0000212527, directie Financiële Markten; Gelet op artikel 15, derde en vierde lid, van de Wet bekostiging financieel toezicht 2019; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 24 november 2021, nr. W06.21.0321/III); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 7 december 2021, 2021-0000247773, directie Financiële Markten; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit bekostiging financieel toezicht 2019 wordt gewijzigd als volgt: ABijlage 1, onderdeel A, van het Besluit bekostiging financieel toezicht 2019 komt te luiden:

  1. Toezichtcategorieën en procentuele verdeling

Toezichtcategorie

Percentage (in %)

Aanbieders van krediet

4,6

Accountantsorganisaties

14,8

Adviseurs en bemiddelaars

13,8

Afwikkelondernemingen, betaalinstellingen

en elektronischgeldinstellingen

0,1

Banken en clearinginstellingen

19,2

Beheerders van beleggingsinstellingen en icbe’s alsmede bewaarders alsmede aanbieders van beleggingsobjecten alsmede beleggingsondernemingen niet voor eigen rekening (exclusief exploitanten van een MTF of een georganiseerde handelsfaciliteit)

16,9

Beleggingsondernemingen voor eigen rekening

1,5

Centrale effectenbewaarinstellingen

0,4

Centrale tegenpartijen

0,3

Effectenuitgevende instellingen: markt

7,3

Effectenuitgevende instellingen: verslaggeving

4,4

Financiële infrastructuur: marktexploitanten, exploitanten van een MTF, OTF of een georganiseerde handelsfaciliteit, datarapporteringsdienstverleners, beheerders van benchmarks en securitisatiepartijen

3,6

Pensioenfondsen en premiepensioeninstellingen

3,4

Verzekeraars: leven en pensioen

7,1

Verzekeraars: schade niet zijnde zorg

2,2

Verzekeraars: zorg

0,4BBijlage 2, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:1. In onderdeel 1 wordt in de kolom «personen» «van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme» telkens vervangen door «Wwft». 2. In onderdeel 4 wordt in de kolom «personen», onder vernummering van onderdelen b tot en met d tot c tot en met e, na onderdeel a een onderdeel ingevoegd, luidende: b. Betaaldienstverleners als bedoeld in artikel 2:3e, eerste lid, Wft, waarop op grond van artikel 1a, derde lid, onderdeel b, Wwft de verplichting rust tot naleving van die wet. CIn onderdeel 4 wordt in de kolom «maatstaven» in onderdeel a na «Vergunning» ingevoegd «danwel aantal bijkantoren of betaaldienstagenten». DAan het slot van Bijlage 2 wordt in de verklaring van gebruikte afkortingen aan de lijst toegevoegd «Wwft: Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme».

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 9 december 2021Willem-AlexanderDe Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Uitgegeven de zeventiende december 2021 De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

§ 1. Inleiding

Dit besluit brengt twee wijzigingen aan in de doorberekening van het financieel toezicht aan de financiële sector. De eerste wijziging houdt verband met het kostenkader dat voor de periode 2021–2024 voor de Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM) is vastgesteld. In dat kostenkader is een uitbreiding van de kosten voor het accountantstoezicht opgenomen. De kostenverdeling in het Besluit bekostiging financieel toezicht 2019 (Bbft 2019) moet hier voor het jaar 2022 op worden aangepast. De tweede wijziging ziet op het onder de doorberekening van de toezichtkosten brengen van betaalinstellingen met een vergunning in een andere lidstaat die in Nederland actief zijn. Deze instellingen vallen in beperkte mate onder het prudentieel toezicht van De Nederlandsche Bank (DNB), maar wel volledig onder het integriteitstoezicht op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). In de afgelopen jaren is het integriteitstoezicht op betaalinstellingen geïntensiveerd en zijn de kosten van dit toezicht toegenomen. Dit maakt dat het passend is nu ook toezichtkosten aan deze partijen door te berekenen. Beide wijzigingen treden op 1 januari 2022 in werking en zijn daarmee van toepassing op de doorberekening vanaf het kalenderjaar 2022.

§ 2. Wijziging accountancytoezicht

In reactie op het rapport van de Commissie toekomst accountancysector (Cta) kondigde het kabinet aan dat het toezicht op de accountantsorganisaties die geen controles bij Organisaties van Openbaar Belang (OOB) verrichten feitelijk door de AFM zal worden uitgevoerd.1 Met deze overheveling van het toezicht van de brancheorganisaties naar de AFM wordt ingezet op een meer eenvormig en sterker toezicht op de kwaliteit van controles door...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT