Besluit van 24 februari 1998, houdende vaststelling van de Instructie voor het militair gezag (Instructie voor het militair gezag)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1998

140

Besluit van 24 februari 1998, houdende vaststelling van de Instructie voor het militair gezag (Instructie voor het militair gezag)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken van 24 juni 1997, nr. 97M005051;

Gelet op artikel 5, eerste lid, van de Oorlogswet voor Nederland; De Raad van State gehoord (advies van 30 september 1997, nr. W01.97.0455);

Gezien het nader rapport van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken van 17 februari 1998, nr. 98M001839;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Paragraaf 1. Begripsbepalingen Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder: a. de wet: de Oorlogswet voor Nederland; b. het militair gezag: de ingevolge artikel 4 van de wet aangewezen militaire gezagsdragers; c. maatregel: voorschrift, beslissing, alsmede buitenwerkingstelling van een zodanige maatregel of daarin aangebrachte wijziging.

Paragraaf 2. Bepalingen jegens het militair gezag Artikel 2

  1. Het militair gezag oefent de in de wet aan het militair gezag toegekende bevoegdheden uit onder verantwoordelijkheid van Onze Minister van Defensie. 2. Het militair gezag neemt de aanwijzingen van Onze Minister van Defensie in acht.

Artikel 3
  1. Tenzij de omstandigheden dit niet toelaten, treft het militair gezag slechts maatregelen die verstrekkende politieke of financiële gevolgen kunnen hebben na instemming verkregen te hebben van Onze Minister van Defensie.

    Staatsblad 1998 140 1

  2. Tenzij de omstandigheden dit niet toelaten, oefent het militair gezag slechts bevoegdheden uit de wet uit die inbreuk maken op grondrechten, na instemming verkregen te hebben van Onze Minister van Defensie.

Artikel 4
  1. Het militair gezag draagt er zorg voor dat de maatregelen van de tot dat gezag behorende gezagsdragers niet met elkaar in strijd zijn. 2. In geval van strijd tussen maatregelen van militaire gezagsdragers, heeft de maatregel van de hogere gezagsdrager voorrang boven die van een lagere gezagsdrager. 3. In geval van strijd tussen maatregelen van gelijkwaardige gezagsdragers beslist de naasthogere militaire gezagsdrager welke maatregel voorrang heeft.

Paragraaf 3. Handelwijze ten aanzien van het burgerlijk gezag Artikel 5

Het militair gezag maakt zoveel mogelijk gebruik van de in de wet voorziene mogelijkheid de uitoefening van zijn bevoegdheden op te dragen aan organen van burgerlijk gezag.

Artikel 6

Het buiten toepassing laten van maatregelen van het burgerlijk gezag door het militair gezag geschiedt voor zover mogelijk na overleg met het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT