Besluit van 6 juli 2011, houdende wijziging van het Besluit informatie-uitwisseling ondergrondse netten in verband met de wijziging van artikel 12 van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten

Besluit van 6 juli 2011, houdende wijziging van het Besluit informatie-uitwisseling ondergrondse netten in verband met de wijziging van artikel 12 van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 12 mei 2010, nr. WJZ / 10076187; Gelet op de artikelen 21, eerste en derde lid, 22, 23, 46 van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten; De Raad van State gehoord (advies van 9 juni 2010, nr. W10.10.0183/III); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 1 juli 2011, nr. WJZ / 11098362; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit informatie-uitwisseling ondergrondse netten wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 2, zesde lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:

Indien overeenkomstig artikel 12 van de wet graafmeldingen gezamenlijk worden gedaan door tussenkomst van een door Onze Minister aangewezen organisatie, past de graafpolygoon binnen een vierkant waarvan de zijdes langs de x- en y-coördinaten lopen en waarvan de zijdes een lengte van 1.500 meter hebben. B Artikel 4, eerste lid, komt te luiden: 1. De registratiemelding, het oriëntatieverzoek en de graafmelding worden gedaan en het graafbericht wordt verzonden via het elektronisch informatiesysteem, met dien verstande dat: a. het oriëntatieverzoek en de graafmelding door tussenkomst van de Dienst kunnen worden gedaan; b. graafmeldingen voor graafwerkzaamheden als bedoeld in artikel 8, derde lid, van de wet overeenkomstig artikel 12 van de wet gezamenlijk kunnen worden gedaan door tussenkomst van een door Onze Minister aangewezen organisatie. C Aan artikel 4, derde lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:

De eerste volzin is niet van toepassing op graafmeldingen die overeenkomstig artikel 12 van de wet gezamenlijk worden gedaan door tussenkomst van een door Onze Minister aangewezen organisatie. D Artikel 5, tweede lid, komt te luiden: 2. De liggingsgegevens die deel uitmaken van de beheerdersinformatie, hebben betrekking op de horizontale ligging en zijn gebaseerd op de meest nauwkeurige metingen die voor de beheerder beschikbaar zijn, met dien verstande dat de metingen ten minste een nauwkeurigheid van een meter hebben. E Artikel 5, zevende lid, komt te luiden: 7. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de gebiedsinformatie die op grond van artikel 11 van de wet aan de grondroerder wordt verstrekt en over de wijze waarop deze gebiedsinformatie wordt verstrekt. F Artikel 8 komt te luiden:

Artikel 8
  1. De gebieden, bedoeld in artikel 23 van de wet, zijn: a. de luchthavens Schiphol, Rotterdam, Lelystad, Maastricht, Eelde, Leeuwarden, Volkel, Eindhoven, De Peel, Gilze Rijen, Woensdrecht en De Kooy; b. de plaatsen van vestiging van de inrichtingen die beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 15, onder b, van de Kernenergiewet; c. de marinehavens van Den Helder en Vlissingen; d. de plaatsen van vestiging van militaire zend- en ontvangstinstallaties die naar hun aard een bijzondere vorm van informatiebeveiliging vereisen. 2. In dit artikel wordt onder gebiedsbeheerder verstaan: a. voor de in het eerste lid, onder a, bedoelde burgerluchthavens: de exploitant van de luchthaven; b. voor de in het eerste lid, onder a, bedoelde militaire luchthavens: Onze Minister van Defensie; c. voor de in het eerste lid, onder b, bedoelde gebieden: de houder van de vergunning; en d. voor de in het eerste lid, onder c en d, bedoelde gebieden: Onze Minister van Defensie. 3. De gebiedsbeheerder doet bij de Dienst opgave van de begrenzing van de gebieden, bedoeld in het eerste lid, waarover hij het beheer voert en stelt onverwijld de Dienst in kennis van wijzigingen van die begrenzing. 4. Indien een oriëntatieverzoek of graafmelding betrekking heeft op gebied als bedoeld in het eerste lid: a. verstrekt de gebiedsbeheerder geen liggingsgegevens over netten die hij beheert aan de Dienst; b. verstrekt de Dienst gebiedsinformatie onverwijld, doch uiterlijk binnen twee werkdagen na verzending van het graafbericht, aan de gebiedsbeheerder; c. indien de gebiedsbeheerder niet degene is die het oriëntatieverzoek of de graafmelding heeft ingediend, verstrekt hij onverwijld de van de Dienst ontvangen gebiedsinformatie en beheerdersinformatie over eigen netten die zijn gelegen in de oriëntatiepolygoon of de graafpolygoon aan degene die het oriëntatieverzoek of de graafmelding heeft gedaan, voor zover dit naar zijn oordeel noodzakelijk is voor het zorgvuldig verrichten van de graafwerkzaamheden en geen afbreuk doet aan het vereiste niveau van informatiebeveiliging. 5. Op de verstrekking van informatie door de gebiedsbeheerder is artikel 11, derde lid, en zijn de krachtens artikel 21 en 22 van de wet gestelde regels van overeenkomstige toepassing. G De artikelen 10 en 11 vervallen, met dien verstande dat artikel 10 van toepassing blijft voor registratiemeldingen, oriëntatieverzoeken en graafmeldingen die zijn gedaan voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit.

ARTIKEL II

Dit besluit en de Wet van 28 januari 2010 tot wijziging van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten in verband met uitsluiting van huisaansluitingen (Stb. 2010, 50) treden in werking met ingang van 1 augustus 2011.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot ’s-Gravenhage, 6 juli 2011 Beatrix De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M. J. M. Verhagen

Uitgegeven de twaalfde juli 2011 De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

I Algemeen

  1. Doel en aanleiding

    Met dit besluit ter wijziging van het Besluit informatie-uitwisseling ondergrondse netten (verder: Bion) worden, na overleg met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, regels gesteld ter uitvoering van de Wet van 28 januari 2010 tot wijziging van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten in verband met uitsluiting van huisaansluitingen (Stb. 2010, 50). Het betreft vooral regels ten aanzien van de collectieve meldingsprocedure voor...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT