Rijkswet van 23 december 2015, houdende regeling voor Nederland en Sint Maarten tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie ter zake van erf-en schenkbelasting (Belastingregeling Nederland Sint Maarten)

Rijkswet van 23 december 2015, houdende regeling voor Nederland en Sint Maarten tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie ter zake van erf-en schenkbelasting (Belastingregeling Nederland Sint Maarten)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de regeringen van Nederland en Sint Maarten het in onderling overleg raadzaam oordelen, dat op het terrein van de belastingen een nieuwe onderlinge regeling bij rijkswet wordt vastgesteld; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK I REIKWIJDTE VAN DE RIJKSWET Artículos 1 y 2
Artikel 1

Toepassingsbereik.

  1. Deze rijkswet is van toepassing op personen die inwoner zijn van een van de landen of van beide landen. 2. Niettegenstaande de bepalingen van het eerste lid maken: a. een stichting die overeenkomstig haar statuten is ingericht als een particulier fonds of een trust, die volgens artikel 2, eerste lid, onderdeel i, van de Landsverordening op de winstbelasting van de winstbelasting is vrijgesteld, tenzij deze volgens artikel 1B van de Landsverordening op de winstbelasting als doelvermogen is aangewezen; b. een Vrijgestelde Vennootschap als bedoeld in artikel 1A, eerste lid, onderdeel f, van de Landsverordening op de winstbelasting; en c. een vrijgestelde beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969;

geen aanspraak op de voordelen van de artikelen 10, 11, 12, 13, vierde lid, en artikel 20, eerste lid. 3. De bevoegde autoriteiten van beide landen kunnen in onderling overleg beslissen in hoeverre een inwoner van een van de landen die onder een bijzondere regeling valt geen aanspraak kan maken op de voordelen van deze rijkswet.

Artikel 2

Belastingen waarop de rijkswet van toepassing is.

  1. Deze rijkswet is van toepassing op belastingen naar het inkomen die worden geheven ten behoeve van een land, of een staatkundig onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan, ongeacht de wijze van heffing. 2. Als belastingen naar het inkomen worden beschouwd alle belastingen die worden geheven naar het gehele inkomen of naar bestanddelen van het inkomen, daaronder begrepen belastingen naar voordelen verkregen uit de vervreemding van roerende of onroerende zaken, belastingen naar het totale bedrag van de door ondernemingen betaalde lonen of salarissen, alsmede belastingen naar waardevermeerdering. 3. De bestaande belastingen waarop deze rijkswet van toepassing is, zijn: a. in het Europese deel van Nederland: 1°. de inkomstenbelasting; 2°. de loonbelasting; 3°. de vennootschapsbelasting, daaronder begrepen het aandeel van de regering in de nettowinsten behaald met de exploitatie van natuurlijke rijkdommen geheven krachtens de Mijnbouwwet; 4°. de dividendbelasting; en

in het Caribische deel van Nederland: 1°. de inkomstenbelasting; 2°. de loonbelasting; 3°. de vastgoedbelasting; 4°. de opbrengstbelasting; 5°. het aandeel van de regering in de nettowinsten behaald met de exploitatie van natuurlijke rijkdommen geheven krachtens de Mijnwet BES, het Mijnbesluit BES of de Petroleumwet Saba Bank BES;

(hierna te noemen: «Nederlandse belasting»); b. in Sint Maarten: 1°. de inkomstenbelasting; 2°. de loonbelasting; 3°. de winstbelasting; en 4°. de dividendbelasting;

(hierna te noemen: «Sint Maartense belasting»). 4. De rijkswet is ook van toepassing op alle gelijke of in wezen gelijksoortige belastingen die na de datum van inwerkingtreding van deze rijkswet naast of in de plaats van de bestaande belastingen worden geheven. De bevoegde autoriteiten van de landen doen elkaar mededeling van alle wezenlijke wijzigingen die in hun belastingwet- en regelgeving zijn aangebracht. Zij kunnen hierover met elkaar in overleg treden met het oog op de toepassing van deze rijkswet.

HOOFDSTUK II BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Artículos 3 a 37
Artikel 3

Algemene begripsomschrijvingen.

  1. Voor de toepassing van deze rijkswet, tenzij de context anders vereist: a. betekenen de uitdrukkingen «een land» en «het andere land» Nederland of Sint Maarten al naargelang de context vereist; b. betekent de uitdrukking «Nederland»: 1°. het Europese deel van Nederland, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten en grenzend aan zijn territoriale zee waarbinnen het Koninkrijk der Nederlanden, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsmacht heeft of soevereine rechten uitoefent; en 2°. het Caribische deel van Nederland, dat is gelegen in de Caribische Zee en bestaat uit de eilandgebieden Bonaire, Sint Eustatius en Saba, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten en grenzend aan de territoriale zee waarbinnen het Koninkrijk der Nederlanden, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsmacht heeft of soevereine rechten uitoefent, maar met uitzondering van het deel dat betrekking heeft op Aruba, Curaçao en Sint Maarten; c. betekent de uitdrukking «Sint Maarten» het land Sint Maarten, met inbegrip van de territoriale zee en elk gebied buiten deze territoriale zee van dit deel van het Koninkrijk waarbinnen het Koninkrijk der Nederlanden, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsmacht heeft of soevereine rechten uitoefent, maar met uitzondering van het deel daarvan dat betrekking heeft op Aruba, het Caribische deel van Nederland en Curaçao; d. omvat de uitdrukking «persoon» een natuurlijke persoon, een lichaam en elke andere vereniging van personen; e. heeft de uitdrukking «lichaam» betrekking op elke rechtspersoon of elke entiteit die voor de belastingheffing als een rechtspersoon wordt behandeld; f. heeft de uitdrukking «onderneming» betrekking op het uitoefenen van een bedrijf; g. omvat de uitdrukking «uitoefenen van een bedrijf» mede het uitoefenen van een vrij beroep en van andere werkzaamheden van zelfstandige aard; h. betekenen de uitdrukkingen «onderneming van een land» en «onderneming van het andere land» onderscheidenlijk een onderneming gedreven door een inwoner van een land en een onderneming gedreven door een inwoner van het andere land; i. betekent de uitdrukking «het internationale verkeer» alle vervoer met een schip of luchtvaartuig, geëxploiteerd door een onderneming waarvan de plaats van de werkelijke leiding in een land is gelegen, behalve wanneer het schip of luchtvaartuig uitsluitend wordt geëxploiteerd tussen plaatsen die in het andere land zijn gelegen; j. betekent de uitdrukking «pensioenfonds» elk lichaam dat inwoner is van een land: 1°. dat in het algemeen is vrijgesteld van belastingen naar het inkomen in dat land; 2°. waarvan de werkzaamheden voornamelijk bestaan uit het beheren of verstrekken van pensioenen; en 3°. dat ingevolge de wettelijke bepalingen van een land erkend is en onder toezicht staat; k. betekent de uitdrukking «bevoegde autoriteit»: 1°. wat Nederland betreft, de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger; 2°. wat Sint Maarten betreft, de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger. 2. Voor de toepassing van deze rijkswet door een land op enig moment heeft, tenzij de context anders vereist, elke daarin niet omschreven uitdrukking de betekenis welke die uitdrukking op dat moment heeft volgens de wetgeving van dat land met betrekking tot de belastingen waarop deze rijkswet van toepassing is, waarbij elke betekenis volgens de toepasselijke belastingwetgeving van dat land prevaleert boven een betekenis die volgens andere wetgeving van dat land aan die uitdrukking wordt gegeven.

Artikel 4

Inwoner.

  1. Voor de toepassing van deze rijkswet betekent de uitdrukking «inwoner van een land» iedere persoon die, ingevolge de wetgeving van dat land, aldaar aan belasting is onderworpen op grond van zijn woonplaats, verblijf, plaats van leiding, plaats van oprichting of enige andere soortgelijke omstandigheid. De uitdrukking «inwoner van een land» omvat tevens het land zelf en elk staatkundig onderdeel of plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan en een persoon die voor de toepassing van de opbrengstbelasting in het Caribische deel van Nederland is gevestigd. 2. Een persoon, niet zijnde een natuurlijke persoon, wordt geacht aan belasting onderworpen te zijn: a. in Nederland: indien de persoon voor de toepassing van de vennootschapsbelasting in Nederland is gevestigd; of b. in Sint Maarten: indien de persoon voor toepassing van de winstbelasting in Sint Maarten is gevestigd;

mits door die persoon verkregen inkomsten ingevolge de belastingwetgeving van Nederland onderscheidenlijk Sint Maarten behandeld worden als de inkomsten van die persoon en niet als de inkomsten van zijn rechthebbenden, leden of participanten. 3. Niettegenstaande de bepalingen van het eerste en tweede lid, omvat de uitdrukking «inwoner van een land» niet enig persoon die in dat land slechts aan belasting is onderworpen ter zake van inkomsten uit bronnen in dat land. 4. Indien een natuurlijke persoon ingevolge de bepalingen van het eerste lid inwoner van beide landen is, wordt zijn positie op de volgende wijze bepaald: a. hij wordt geacht slechts inwoner te zijn van het land waarin hij een duurzaam tehuis tot zijn beschikking heeft; indien hij in beide landen een duurzaam tehuis tot zijn beschikking heeft, wordt hij slechts geacht inwoner te zijn van het land waarmee zijn persoonlijke en economische betrekkingen het nauwst zijn (middelpunt van de levensbelangen); b. indien niet kan worden bepaald in welk land hij het middelpunt van zijn...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT