Besluit van 26 november 2013 tot wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Ambtenarenreglement Staten-Generaal en het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken in verband met de harmonisatie van enkele secundaire arbeidsvoorwaarden Rijk en het herstel van enkele technische omissies

Besluit van 26 november 2013 tot wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Ambtenarenreglement Staten-Generaal en het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken in verband met de harmonisatie van enkele secundaire arbeidsvoorwaarden Rijk en het herstel van enkele technische omissies

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst van 15 oktober 2013, nr. 2013-0000626385, Directie Constitutionele Zaken en Wetgeving; Gelet op artikel 125, eerste lid, van de Ambtenarenwet; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, advies van 6 november 2013, nr. W04.13.0373/I; Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst van 20 november 2013, nr. 2013-0000698621; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Algemeen Rijksambtenarenreglement wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 4, eerste lid, worden onder vervanging van de punt door een puntkomma in onderdeel d, twee onderdelen toegevoegd, luidende: e. sector Rijk:

de ambtelijke diensten van: 1° elk ministerie, met uitzondering van het Ministerie van Defensie; 2° de Tweede Kamer en de Eerste Kamer der Staten-Generaal; 3° de Raad van State; 4° de Algemene Rekenkamer; 5° de Nationale ombudsman; 6° de Hoge Raad van Adel; 7° het Kabinet van de Koning; 8° de Kanselarij der Nederlandse Orden; 9° het secretariaat van de commissie van toezicht betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten; 10° de Raad voor de rechtspraak, de rechtbanken, de gerechtshoven, de Centrale Raad van Beroep, het College van beroep voor het bedrijfsleven, de niet rechterlijke leden van de Raad voor de rechtspraak en van de besturen van voornoemde gerechten daaronder begrepen, en de gemeenschappelijke diensten die twee of meer van de in dit onderdeel genoemde organisaties in stand houden; f. bevoegd gezag: 1° het tot aanstelling bevoegd gezag, bedoeld in artikel 7, eerste en tweede lid; 2° Onze Minister, indien aanstelling bij koninklijk besluit als bedoeld in artikel 7, derde lid geschiedt, of 3° de vicepresident van de Raad van State, het college van de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman of de voorzitter van de commissie van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, voor zover de aanstelling bij koninklijk besluit geschiedt en betrekking heeft op een functie bij de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, respectievelijk de commissie van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. B Artikel 6b, derde lid, vervalt. C Artikel 8 vervalt. D In artikel 21 wordt onder vernummering van het elfde en twaalfde lid tot het twaalfde en dertiende lid, een lid ingevoegd, luidende: 11. Indien de ambtenaar gedurende vier aaneengesloten weken wegens ziekte geheel of gedeeltelijk geen dienst heeft verricht, geldt met ingang van de dag onmiddellijk aansluitend op die vier weken voor zolang wegens ziekte geheel of gedeeltelijk geen dienst wordt verricht een werktijdregeling waarin het aantal te werken uren per week gelijk is aan 36 vermenigvuldigd met de voor de ambtenaar geldende arbeidsduurfactor. E Artikel 22, veertiende lid, komt te luiden: 14. Aanvragen als bedoeld in het dertiende lid worden voor 1 november van het lopende kalenderjaar ingediend. Het bevoegd gezag geeft op of na 1 november gelijktijdig beschikkingen op de voor die datum ingediende aanvragen. F Artikel 33c wordt als volgt gewijzigd: 1. De aanduiding «1.» voor het eerste lid vervalt. 2. Het tweede lid vervalt. G Artikel 33d, vierde lid, vervalt. H Artikel 58a komt te luiden:

Artikel 58

a.

  1. De ambtenaar die door het bevoegd gezag is aangewezen om tevens werkzaam te zijn als bedrijfshulpverlener als bedoeld in artikel 15 van de Arbeidsomstandighedenwet ontvangt een vergoeding indien hij de taken in verband met bedrijfshulpverlening in voldoende omvang verricht. 2. De vergoeding, bedoeld in het eerste lid, bedraagt per jaar: a. voor de basisbedrijfshulpverlener: € 220,00; b. voor de allroundbedrijfshulpverlener: € 440,00; c. voor de bedrijfshulpverlener die door het bevoegd gezag is aangewezen om leidinggevende taken met betrekking tot bedrijfshulpverlening uit te oefenen: € 660,00. 3. De aanspraak op de vergoeding wordt berekend naar het bedrag van de vergoeding, bedoeld in het tweede lid, op de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van het jaar waarin betrokkene bedrijfshulpverlener was. De vergoeding voor een gedeelte van een jaar wordt berekend naar evenredigheid van het aantal hele maanden dat de aanwijzing tot bedrijfshulpverlener heeft geduurd. 4. De ambtenaar, bedoeld in het eerste lid, ontvangt vijf jaar na diens aanwijzing tot bedrijfshulpverlener en vervolgens elke vijf jaar daarna zolang de aanwijzing duurt, een jubileumtoeslag ten bedrage van: a. € 360,00 na vijf jaar; b. € 440,00 na tien jaar; c. € 525,00 na vijftien jaar en na elke vijf jaar daaropvolgend. 5. In afwijking van artikel 23 van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 worden taken in het kader van de bedrijfshulpverlening die in opdracht van het bevoegd gezag als overwerk worden verricht, vergoed voor alle aangewezen ambtenaren en uitsluitend met een bedrag in geld, met dien verstande dat voor elk uur overwerk een vergoeding wordt toegekend ten bedrage van 125% van het salaris per uur, behorende bij het maximumsalaris van salarisschaal 7. 6. Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst past de bedragen, bedoeld in het tweede en vierde lid, aan overeenkomstig de algemene salarisontwikkeling van het rijkspersoneel. I Artikel 59 wordt als volgt gewijzigd: 1. Het derde lid, onderdeel b, komt te luiden: b. 100% verlof met behoud van bezoldiging voor de tijd die is gemoeid met: 1° het volgen van lessen en stages die een onlosmakelijk onderdeel uitmaken van de opleiding; 2° contacturen die een onlosmakelijk onderdeel uitmaken van de opleiding; 3° zelfstudie van maximaal een dag per week, en 4° het afleggen van examens. 2. Het vierde lid, onderdeel b, komt te luiden: b. 50% verlof met behoud van bezoldiging voor de tijd die is gemoeid met: 1° het volgen van lessen en stages die een onlosmakelijk onderdeel uitmaken van de opleiding; 2° contacturen die een onlosmakelijk onderdeel uitmaken van de opleiding; 3° zelfstudie van maximaal een dag per week, en 4° het afleggen van examens. 3. Het achtste lid vervalt. 4. Na het zevende lid worden drie leden ingevoegd, luidende: 8. Het bevoegd gezag kan toestaan dat het verlof voor zelfstudie, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, onder 3°, en vierde lid, onderdeel b, onder 3°, geldt voor meer dan maximaal een dag per week. 9. De reis- en verblijfkosten, die de ambtenaar in het kader van scholing als bedoeld in het eerste, tweede of vierde lid maakt, worden vergoed overeenkomstig het bepaalde in het Reisbesluit binnenland of het Reisbesluit buitenland. In afwijking van artikel 6, tweede lid, van het Reisbesluit binnenland en artikel 6, tweede lid, van het Reisbesluit buitenland, geldt dat de vergoeding van reiskosten, voor zover met de trein wordt gereisd, gelijk is aan de gemaakte kosten op basis van het tarief van de tweede klasse. 10. In deze bepaling wordt onder scholingskosten verstaan de kosten voor de door de onderwijsinstelling verplicht gestelde onderwijsmiddelen, les- en examengelden en verplicht gestelde excursies of studiereizen. J Na artikel 68 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 68

a.

  1. De ambtenaar die een functie als bedoeld in het derde lid uitoefent of ten minste drie maanden waarneemt, ontvangt een maandelijkse tegemoetkoming in verband met representatiekosten. 2. In deze bepaling wordt onder representatiekosten verstaan de door de ambtenaar gemaakte of te maken kosten in verband met de eisen die de uitoefening van de functie stelt ten aanzien van het onderhouden van externe contacten en het verrichten van representatieve activiteiten, waaronder worden begrepen de kosten in verband met: a. huur of aanschaf van kleding en schoeisel of andere persoonlijke attributen; b. aanpassing en inrichting van de eigen woning; c. persoonlijke verzorging; d. contributies en lidmaatschappen; e. ontvangsten van bescheiden omvang in de eigen woning; f. het aanbieden van lunches, diners en overige consumpties, persoonlijke attenties en geschenken, en g. fooien. 3. De tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, bedraagt: a. voor een functie, genoemd in artikel 7, vierde lid: € 533,33; b. voor het structurele plaatsvervangerschap van een functie als bedoeld onder a: 75% van het onder a genoemde bedrag; c. voor de functie van directeur of daarmee door het bevoegd gezag voor de toepassing van dit artikel gelijk te stellen functie: 50% van het onder a genoemde bedrag; d. voor een andere functie waaraan representatiekosten zijn verbonden, voor zover deze functie is vermeld op een daartoe door het bevoegd gezag vastgestelde lijst: het bij die functie vermelde bedrag dat maximaal 25% van het onder a genoemde bedrag kan zijn. 4. Indien de ambtenaar op grond van het derde lid in aanmerking zou komen voor meer dan één tegemoetkoming ontvangt hij uitsluitend de tegemoetkoming met het hoogste bedrag. 5. In afwijking van het derde lid, aanhef en onder d, kan in bijzondere gevallen een hogere tegemoetkoming aan de betrokken ambtenaar worden toegekend, die maximaal gelijk is aan het bedrag, bedoeld in het derde lid, onder c. 6. De tegemoetkoming wordt niet uitbetaald vanaf de eerste dag van de kalendermaand volgend op die waarin de ambtenaar in het geheel geen dienst heeft verricht, tenzij het niet verrichten van de dienst het gevolg is van vakantieverlof of ziekte voor zover het de eerste vier weken van de ziekte betreft. De uitbetaling wordt hervat in de kalendermaand volgend op die waarin de ambtenaar zijn...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT