Uitspraak Nº 19/00150. Hoge Raad, 2020-09-18

ECLIECLI:NL:HR:2020:1444
Date18 Septiembre 2020
Docket Number19/00150
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER

Nummer 19/00150

Datum 18 september 2020

HERSTELBESCHIKKING

In de zaak van

GROEPSONDERNEMINGSRAAD RIJK,
gevestigd te Den Haag,

VERZOEKER tot cassatie,

hierna: GOR Rijk,

advocaat: S.F. Sagel,

tegen

DE STAAT DER NEDERLANDEN (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties),
zetelende te Den Haag

VERWEERDER in cassatie,

hierna: de Staat,

advocaten: J.W.H. van Wijk en S.M. Kingma.

1. De beschikking in dit geding

1.1

De Hoge Raad heeft in deze zaak op 17 juli 2020 een beschikking gegeven (ECLI:NL:HR:2020:1283) waarin het cassatieberoep van GOR Rijk is verworpen en GOR Rijk is veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie aan de zijde van de Staat.

1.2

Bij brief van 31 augustus 2020 heeft de advocaat van GOR Rijk de Hoge Raad verzocht het dictum van de beschikking van 17 juli 2020 te verbeteren op de grond dat waar in het dictum GOR Rijk in de kosten van het geding in cassatie aan de zijde van de Staat wordt veroordeeld, sprake is van een kennelijke fout, nu deze beslissing onverenigbaar is met het bepaalde in art. 22a Wet op de ondernemingsraden.

De advocaat van de Staat heeft zich bij brief van 4 september 2020 gerefereerd aan het oordeel van de Hoge Raad.

1.3

De plaatsvervangend Procureur-Generaal is in de gelegenheid gesteld aanvullend te concluderen, maar heeft daarvan afgezien.

1.4

De Hoge Raad stelt vast dat in de beschikking sprake is van een kennelijke fout die zich voor eenvoudig herstel leent. De Hoge Raad zal de fout op de voet van art. 31 Rv verbeteren.

1.5

Het desbetreffende dictum dient als volgt te worden gelezen:

‘’De Hoge Raad verwerpt het beroep.’’

2. Beslissing

De Hoge Raad:

- verbetert de op 17 juli 2020 in deze zaak gegeven beschikking op de wijze als hiervoor in 1.5 vermeld;

- stelt de verbetering op de minuut van die beschikking.

Deze beschikking is...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
1 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 200.265.496_01 H. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2022-02-08
    • Nederland
    • Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
    • February 8, 2022
    ...de zin van artikel 31 Rv. Dit geval valt tot op zekere hoogte te vergelijke met het geval dat aan de orde was in HR 18 september 2020, ECLI:NL:HR:2020:1444. In dat arrest is een proceskostenbeslissing die onverenigbaar was met de wet eveneens als een kennelijke fout in de zin van artikel 31......
1 sentencias
  • Uitspraak Nº 200.265.496_01 H. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2022-02-08
    • Nederland
    • Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
    • February 8, 2022
    ...de zin van artikel 31 Rv. Dit geval valt tot op zekere hoogte te vergelijke met het geval dat aan de orde was in HR 18 september 2020, ECLI:NL:HR:2020:1444. In dat arrest is een proceskostenbeslissing die onverenigbaar was met de wet eveneens als een kennelijke fout in de zin van artikel 31......

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT