Uitspraak Nº 19/01613. Hoge Raad, 2020-02-28
ECLI | ECLI:NL:HR:2020:328 |
Docket Number | 19/01613 |
Date | 28 Febrero 2020 |
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 19/01613
Datum 28 februari 2020
ARREST
in de zaak van
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
tegen
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 26 februari 2019, nr. 18/00583, op het hoger beroep van de Inspecteur tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland (nr. HAA 17/5504) betreffende de aan belanghebbende over het jaar 2010 opgelegde navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, de daarbij gegeven boetebeschikking en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
De Staatssecretaris heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld.
Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.
De Staatssecretaris heeft een conclusie van repliek ingediend.
De Advocaat-Generaal R.L.H. IJzerman heeft op 21 november 2019 geconcludeerd tot gegrondverklaring van het beroep in cassatie (ECLI:NL:PHR:2019:1207).
Belanghebbende heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.
In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
De aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) van belanghebbende voor het jaar 2010 is ingediend op 25 maart 2011. De aangifte is ingediend door de belastingadviseur van belanghebbende. De aanslag IB/PVV voor het jaar 2010 is vastgesteld op 29 maart 2012 conform de aangifte. Met dagtekening 14 april 2016 is aan belanghebbende een navorderingsaanslag IB/PVV over het jaar 2010 opgelegd. Bij de navorderingsaanslag is een vergrijpboete opgelegd.
De belastingadviseur heeft op 27 april 2011 verzocht om uitstel voor indiening van de aangiften IB/PVV voor een aantal belastingplichtigen, onder wie belanghebbende, met toepassing van de zogenoemde Beconregeling. De Inspecteur heeft conform het verzoek uitstel verleend tot 1 mei 2012.
Voor het Hof was onder meer in geschil of de navorderingsaanslag over het jaar 2010 is opgelegd binnen de aanslagtermijn van artikel 16, lid 3, AWR.
Het Hof heeft geoordeeld dat de termijn om na te vorderen over het jaar 2010 niet was verlengd door het verleende uitstel voor indiening van de aangifte IB/PVV...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT-
Uitspraak Nº BK-20/00373. Gerechtshof Den Haag, 2021-01-06
...van Financiën beroep in cassatie ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. 1.7. De Hoge Raad heeft bij arrest van 28 februari 2020, ECLI:NL:HR:2020:328 (het verwijzingsarrest), het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam vernietigd en het geding ve......
-
Uitspraak Nº BK-20/00373. Gerechtshof Den Haag, 2021-01-06
...van Financiën beroep in cassatie ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. 1.7. De Hoge Raad heeft bij arrest van 28 februari 2020, ECLI:NL:HR:2020:328 (het verwijzingsarrest), het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam vernietigd en het geding ve......