Uitspraak Nº 201908358/1/R1. Raad van State, 2020-09-16

ECLIECLI:NL:RVS:2020:2226
Docket Number201908358/1/R1
Date16 Septiembre 2020

201908358/1/R1.

Datum uitspraak: 16 september 2020

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

1. Zweefvliegclub Flevo (hierna: ZCFlevo), gevestigd te Biddinghuizen, gemeente Dronten,

2. Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart, gevestigd te Woerden, en anderen (hierna: KNVvL en anderen),

3. [appellante sub 3], gevestigd te Dronten, en anderen,

4. [appellant sub 4A] en [appellant sub 4B] (hierna: [appellant sub 4A]), beiden wonend te Biddinghuizen, gemeente Dronten,

5. [appellant sub 5A] en [appellant sub 5B], beiden wonend te Dronten,

6. [appellant sub 6], wonend te Biddinghuizen, gemeente Dronten,

7. [appellant sub 7], wonend te Biddinghuizen, gemeente Dronten,

8. [appellant sub 8], wonend te Dronten,

9. [appellant sub 9] en anderen, allen wonend te Dronten,

10. [appellante sub 10], gevestigd te Dronten,

11. [appellant sub 11] en anderen, allen wonend te Dronten,

appellanten,

en

1. de minister van Economische Zaken en Klimaat en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (hierna: de ministers),

2. het college van dijkgraaf en heemraden van het Waterschap Zuiderzeeland,

3. het college van gedeputeerde staten van Flevoland,

4. het college van burgemeester en wethouders van Dronten,

verweerders.

Procesverloop

Bij besluit van 8 oktober 2019 heeft het college van gedeputeerde staten van Flevoland op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming (hierna: Wnb), vergunning verleend voor het realiseren en exploiteren van Windplan Groen.

Bij besluit van 8 oktober 2019 heeft het college van gedeputeerde staten op grond van artikel 3.3 en 3.8 van de Wnb, ontheffing verleend voor het realiseren en exploiteren van Windplan Groen.

Bij besluit van 9 oktober 2019 hebben de ministers het rijksinpassingsplan "Windplan Groen" vastgesteld (hierna: het RIP).

Bij besluiten van 16 oktober 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten ter uitvoering van het plan 10 omgevingsvergunningen verleend voor het bouwen en het oprichten en in werking hebben van het merendeel van de in het RIP voorziene windturbines.

Tegen één of meer van deze besluiten hebben appellanten beroep ingesteld.

De ministers hebben een verweerschrift ingediend.

Het college van gedeputeerde staten heeft een verweerschrift ingediend.

Een aantal partijen heeft nadere stukken ingediend.

Windkoepel Groen heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 19 juni 2020, waar appellanten in persoon zijn verschenen en/of zich hebben doen vertegenwoordigen. Een aantal appellanten is niet verschenen en heeft zich evenmin doen vertegenwoordigen. Ook het college van gedeputeerde staten, de ministers en het college van burgemeester en wethouders hebben zich doen vertegenwoordigen. Voorts is Windkoepel Groen als partij gehoord.

Overwegingen

De genoemde bepalingen van de Omgevingsverordening Flevoland zijn in de bij deze uitspraak behorende bijlage weergegeven.

Inleiding

1. Het RIP voorziet in 90 windturbines. Hiervan zijn er 71 windturbines waarvan de maximale tiphoogte 249 meter is, 7 windturbines met een maximale tiphoogte van 220 meter en 12 windturbines met een maximale tiphoogte van 156 meter. Initiatiefnemers zijn een aantal afzonderlijke bedrijven die vertegenwoordigd zijn in de vereniging Windkoepel Groen (hierna: initiatiefnemer).

Doel van het plan is om bij te dragen aan het opwekken van duurzame energie in Nederland en invulling te geven aan de wens van de provincie om te voorzien in een sanering en opschaling van de windenergie in het gebied. Op dit moment zijn in het gebied 98 windturbines aanwezig met een totaal opgesteld vermogen van circa 168 MW. De ontwikkeling voorziet in de realisatie van 90 turbines in lijnopstellingen met een opgesteld vermogen van 300 tot 400 MW en de sanering van de 98 bestaande windturbines.

2. Appellanten zijn in de eerste plaats bewoners en ondernemers uit het plangebied of de omgeving daarvan. Zij komen met name op voor het behoud van een goed woon- en leefklimaat. Daarnaast komen ZCFlevo en KNVvL en anderen op voor het behoud van zweefvliegveld Biddinghuizen. Verder komen KNVvL en anderen op voor de vliegveiligheid voor "general aviation".

Belanghebbendheid vergunning en ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming

3. [appellant sub 4A], [appellant sub 9] en anderen, ZCFlevo en [appellant sub 11] en anderen kunnen zich niet verenigen met de vergunning en de ontheffing die het college van gedeputeerde staten van Flevoland op grond van de Wnb heeft verleend.

3.1. Artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) luidt: "Onder belanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken."

3.2. Het college heeft gesteld dat appellanten geen belanghebbenden zijn bij de besluiten tot verlening van de vergunning en de ontheffing.

3.3. Over de belanghebbendheid bij de vergunning overweegt de Afdeling, evenals in de uitspraak van 29 mei 2019, 201809432/1/R1, ECLI:NL:RVS:2019:1781, onder 18, dat voor de ontvankelijkheid van de beroepen van natuurlijke personen tegen een Wnb-vergunning niet de afstand tot de Natura 2000-gebieden bepalend is, maar of ter plaatse van de woningen of percelen van appellanten gevolgen kunnen worden ondervonden van het windpark waarvoor de Wnb-vergunning is verleend. Voor rechtspersonen is van belang of zij door de gevolgen van het windpark worden geraakt in de belangen die zij krachtens hun statuten en feitelijke doelstellingen in het bijzonder behartigen. Dit wordt op dezelfde manier beoordeeld als bij het inpassingsplan en de omgevingsvergunningen. Nu [appellant sub 4A], [appellant sub 9] en anderen, ZCFlevo en [appellant sub 11] en anderen in hun belangen worden geraakt door het inpassingsplan, zijn zij tevens belanghebbenden bij het besluit tot vergunningverlening op grond van de Wnb.

3.4. Over de belanghebbendheid van [appellant sub 4A], [appellant sub 9] en anderen en [appellant sub 11] en anderen bij de ontheffing overweegt de Afdeling onder verwijzing naar haar uitspraak van 24 januari 2018, ECLI:NL:RVS:2018:168, onder 4.2, dat bij de beoordeling of een appellant belanghebbende is bij een ontheffing die op grond van de Wnb is verleend, de ruimtelijke uitstraling van het project dat mede door de ontheffing mogelijk wordt gemaakt - in dit geval een windmolenpark - niet van belang is. Bepalend is of de handeling waarvoor de Wnb-ontheffing is verleend ruimtelijke uitstraling heeft op de woon- en leefomgeving van de appellanten. In dit geval is de handeling waarvoor de ontheffing is verleend het doden van vogels en vleermuizen door de voorziene windturbines. Een ontheffing die op grond van de Wnb is verleend, ziet immers niet op de bescherming van gebieden, maar op de bescherming van soorten. Een Wnb-ontheffing heeft dan ook een daartoe beperkte ruimtelijke uitstraling. [appellant sub 4A], [appellant sub 9] en anderen en [appellant sub 11] en anderen wonen op afstanden van 700 m tot de dichtstbijzijnde windturbines. De maximale rotordiameter van die turbines bedraagt gelet op artikel 4.2 van de planregels 166 m. Dat betekent dat de aanvaringen van vogels en vleermuizen en insecten met een windturbine op minimaal 617 meter van de huizen van deze appellanten plaatsvinden. De Afdeling is niet gebleken dat het gebruikmaken van de ontheffing ondanks de afstand enige ruimtelijke uitstraling op deze appellanten zal hebben en daarmee invloed zal hebben op hun directe woon- en leefomgeving. De belangen van [appellant sub 4A], [appellant sub 9] en anderen en [appellant sub 11] en anderen worden derhalve niet rechtstreeks getroffen door de verleende ontheffing.

Over de belanghebbendheid van ZCFlevo overweegt de Afdeling dat zij blijkens haar statuten niet tot doel heeft op te komen voor de bescherming van diersoorten. Alleen al hierom is ZCFlevo geen belanghebbende bij de ontheffing.

3.5. Het voorgaande brengt de Afdeling tot de slotsom dat het beroep van ZCFlevo niet-ontvankelijk is voor zover gericht tegen de ontheffing op grond van de Wnb. De beroepen van [appellant sub 4A], [appellant sub 9] en anderen en [appellant sub 11] en anderen zijn ontvankelijk voor zover gericht tegen de vergunning, maar niet-ontvankelijk voor zover gericht tegen de ontheffing.

Nieuwe beroepsgronden

4. [appellante sub 10] en [appellant sub 11] en anderen hebben na afloop van de termijn voor het instellen van beroep nieuwe beroepsgronden aangevoerd. [appellante sub 10] heeft aangevoerd dat zij geen toestemming zal geven voor de aanleg van de toegangsweg naar de turbines op haar perceel. [appellant sub 11] en anderen hebben aangevoerd dat de omgevingsvergunning ten onrechte geen betrekking heeft op het uitvoeren van een werk of werkzaamheden.

4.1. De Afdeling overweegt dat deze gronden niet naar voren zijn gebracht in het beroepschrift en om die reden gelet op artikel 1.6a van de Crisis- en herstelwet buiten beschouwing dienen te blijven.

Totstandkoming besluit

5. Meerdere appellanten betogen dat door de sterk negatieve gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden veel weerstand tegen het plan bestaat. Voorts achten zij zich niet tijdig en goed geïnformeerd. Dat klemt temeer omdat zij al een kennisachterstand hebben. Daardoor lopen zij steeds achter de feiten aan. Ook is niet voldaan aan de eis dat bewoners al in een vroeg stadium moeten kunnen meepraten over nieuwe windparken (de eis van planparticipatie). Verder ontbreekt in de nota van zienswijzen op veel punten een concreet antwoord op door appellanten genoemde alternatieven, waaronder een grotere afstand van de windturbines tot hun woningen, en andere argumenten. Dat zorgt ervoor dat veel omwonenden zich niet gehoord voelen. Voorts is windenergie voor initiatiefnemers zeer lucratief, terwijl omwonenden monddood worden gemaakt en er niets tegen kunnen doen dat hun woon- en leefklimaat wordt aangetast. Ook ontstaat sociale onrust en...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT