Uitspraak Nº 202004339/3/A3. Raad van State, 2020-10-08
ECLI | ECLI:NL:RVS:2020:2395 |
Docket Number | 202004339/3/A3 |
Date | 08 Octubre 2020 |
202004339/3/A3.
Datum beslissing: 8 oktober 2020
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op grond van artikel 8:29, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht in het hoger beroep van:
de burgemeester van Nissewaard,
appellant,
tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam van 22 juli 2020 in zaak nr. 20/1036 20/478 in het geding tussen:
[wederpartij A] en [wederpartij B], wonend te [woonplaats],
en
de burgemeester.
Procesverloop
De burgemeester heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam van 22 juli 2020 in zaak nr. 20/1036 20/478. Hij heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling tevens verzocht een voorlopige voorziening te treffen. Het gaat in deze zaak om de weigering van de burgemeester om aan [wederpartij A] en [wederpartij B] een exploitatievergunning te verlenen voor een commerciële horecaonderneming gevestigd aan de [locatie] in Spijkenisse.
De burgemeester heeft twee gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.
Het betreft het de volgende stukken:
- Bestuurlijke rapportage van 9 maart 2020;
- Rapport van Graydon van 25 september 2020.
Overwegingen
Verzoek
1. De burgemeester heeft de Afdeling wegens het bestaan van gewichtige redenen verzocht te bepalen dat alleen de Afdeling van de stukken kennis zal nemen. De burgemeester heeft zich op het standpunt gesteld dat de artikel 7 van de Wet politiegegevens (hierna: Wpg) aan verstrekking van de bestuurlijke rapportage aan [wederpartij A] en [wederpartij B], onder andere handelend onder de naam [bedrijf], in de weg staat. Het rapport van Graydon is volgens de burgemeester alleen bestemd voor de gemeente. Deze informatie is niet bedoeld voor anderen, aldus de burgemeester.
2. Gelet op artikel 8:29, derde lid, van de Awb beslist de Afdeling of de beperking van de kennisneming van een stuk gerechtvaardigd is. Deze beslissing vergt een afweging van belangen. Enerzijds speelt hierbij het belang dat partijen gelijkelijk beschikken over de voor het (hoger) beroep relevante informatie. Daartegenover staat dat de kennisneming door partijen van bepaalde gegevens het algemeen belang, het belang van één of meer partijen en/of het belang van derden onevenredig kan schaden.
Beoordeling verzoek
- Bestuurlijke rapportage
3. Vooropgesteld zij dat het feit dat in een...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT