Uitspraak Nº UTR 18/948. Rechtbank Midden-Nederland, 2018-10-16

ECLIECLI:NL:RBMNE:2018:5031
Date16 Octubre 2018
Docket NumberUTR 18/948
CourtRechtbank Midden-Nederland (Neederland)
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht

Bestuursrecht

zaaknummer: UTR 18/948

uitspraak van de meervoudige kamer van 16 oktober 2018 in de zaak tussen [eiseres] , te [woonplaats] , eiseres

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weesp, verweerder

(gemachtigde: C.H.J. Kwakman).

Als derde-partij heeft aan het geding deelgenomen: T-Mobile Netherlands BV, te

Den Haag, vergunninghoudster,

(gemachtigde: mr. J.J. van der Lee).

Procesverloop

Bij besluit van 7 maart 2017 (het primaire besluit) heeft verweerder aan vergunninghoudster een omgevingsvergunning verleend voor het plaatsen van een tijdelijke antennemast ten behoeve van mobiele telecommunicatie (de antennemast) en een hekwerk op het perceel aan de [perceel] te [woonplaats] (het perceel).

Bij besluit van 16 januari 2018 (het bestreden besluit) heeft verweerder in reactie op het bezwaar van eiseres het primaire besluit in stand gelaten, onder aanvulling van de motivering daarvan.

Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Vergunninghoudster heeft een reactie ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 24 september 2018. Eiseres is verschenen. Verweerder en vergunninghoudster hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Overwegingen

1 De rechtbank gaat uit van de volgende feiten en omstandigheden.

Op 30 november 2016 heeft vergunninghoudster een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor het plaatsen van de antennemast met een hoogte van 27 meter op het perceel.

Bij het primaire besluit heeft verweerder de omgevingsvergunning met toepassing van de zogenoemde binnenplanse afwijkingsbevoegdheid verleend. Bij het bestreden besluit is de omgevingsvergunning gehandhaafd onder aanvulling en wijziging van de motivering.

De vergunning loopt tot 7 december 2017.

Belanghebbende

2.1

Vergunninghoudster voert aan dat eiseres geen belanghebbende is omdat zij meer dan 200 meter van het perceel woont. Vergunninghoudster verwijst ter onderbouwing van dit standpunt naar een uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 9 maart 2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:1856.

2.2

Ter zitting heeft eiseres desgevraagd verklaard dat zij ongeveer 250 meter van het perceel woont. Dit is niet betwist door verweerder en vergunninghoudster, zodat de rechtbank hiervan uitgaat. Eiseres stelt belanghebbende te zijn bij het besluit omdat zij door de ingebruikname van de antennemast overlast ondervindt van deze mast doordat de straling in en om haar woning is toegenomen.

2.3

Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.

2.4

Om als belanghebbende in de zin van de Awb te kunnen worden aangemerkt, dient een natuurlijke persoon volgens vaste rechtspraak een voldoende objectief en actueel, eigen en persoonlijk belang te hebben dat hem in voldoende mate onderscheidt van anderen en dat rechtstreeks wordt geraakt door het bestreden besluit (zie onder meer de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 19 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1055).

2.5

In deze uitspraak overweegt de Afdeling onder meer dat mogelijke milieugevolgen van het in werking zijn van een antennemast, zoals stralingseffecten, een rol kunnen spelen bij de verlening van de omgevingsvergunning. Voor beantwoording van die vraag dient te worden bezien of de betrokkene hinder van enige betekenis ondervindt. Gelet op de door eiseres geclaimde klachten en de afstand van de woning van eiseres tot het perceel, ziet de rechtbank aanleiding eiseres als belanghebbende aan te merken.

Procesbelang

3.1

Vervolgens dient de rechtbank de vraag te beantwoorden of eiseres procesbelang heeft, nu de vergunning waartegen eiseres is opgekomen is verlopen. De rechtbank overweegt dat procesbelang onder meer kan bestaan als wordt gesteld dat schade is geleden ten gevolge van bestuurlijke besluitvorming. Daartoe is vereist dat tot op zekere hoogte aannemelijk wordt gemaakt dat dergelijke schade is geleden als gevolg van het besluit.

3.2

Eiseres heeft gesteld dat zij al langer dan anderhalf jaar letselschade ondervindt als gevolg van de straling van de antennemast, die nog steeds op dezelfde locatie staat. Omdat op voorhand niet valt uit te sluiten dat dergelijke schade zich kan voordoen, ziet de rechtbank aanleiding om aan te nemen dat eiseres belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep.

Wettelijk kader

4. Ingevolge artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is het, voor zover hier van belang, verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het bouwen van een bouwwerk en gebruiken van gronden of...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT