Wet implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling digitale platformeconomie

Wet van 21 december 2022 tot wijziging van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2021/514 van de Raad van 22 maart 2021 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen (PbEU 2021, L 104) (Wet implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling digitale platformeconomie)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen aan te passen in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2021/514 van de Raad van 22 maart 2021 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen (PbEU 2021, L 104); Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen wordt als volgt gewijzigd: AAan artikel 2, eerste lid, worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel q door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende: r. gezamenlijke audit:

een administratief onderzoek dat gezamenlijk door de bevoegde autoriteiten van twee of meer lidstaten wordt uitgevoerd, en verband houdt met een of meer personen van gezamenlijk of complementair belang voor de bevoegde autoriteiten van die lidstaten; s. gegevensinbreuk:

een inbreuk op de beveiliging die leidt tot vernietiging, verlies, wijziging of elk voorval van ongepaste of ongeoorloofde inzage, openbaarmaking of gebruik van inlichtingen, met inbegrip van persoonsgegevens die worden doorgegeven, opgeslagen of anderszins verwerkt, als gevolg van opzettelijke onwettige handelingen, nalatigheid of ongevallen, waarbij geldt dat een gegevensinbreuk betrekking kan hebben op de vertrouwelijkheid, de beschikbaarheid en de integriteit van gegevens. BIn artikel 2a, zesde lid, wordt «10e en 10h» vervangen door «10e, 10h, 10j en 10l».CNa artikel 2d wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2

e.

Voor de toepassing van dit artikel, artikel 6g, artikel 8, eerste lid, hoofdstuk II, afdeling 4ac, en de daarop berustende bepalingen en artikel 11 wordt verstaan onder: a. platform:

een platform als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 1, van Richtlijn 2011/16/EU; b. platformexploitant:

een entiteit als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 2, van Richtlijn 2011/16/EU; c. uitgesloten platformexploitant:

een platformexploitant als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 3, van Richtlijn 2011/16/EU; d. rapporterende platformexploitant:

een platformexploitant als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 4, van Richtlijn 2011/16/EU; e. gekwalificeerde platformexploitant buiten de Unie:

een platformexploitant als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 5, van Richtlijn 2011/16/EU; f. gekwalificeerd niet-Unierechtsgebied:

een niet-Unierechtsgebied als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 6, van Richtlijn 2011/16/EU; g. van kracht zijnde adequate overeenkomst tussen bevoegde autoriteiten:

een overeenkomst tussen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat en een niet-Unierechtsgebied als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 7, van Richtlijn 2011/16/EU; h. relevante activiteit:

een activiteit als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 8, van Richtlijn 2011/16/EU; i. gekwalificeerde relevante activiteiten:

relevante activiteiten als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 9, van Richtlijn 2011/16/EU; j. tegenprestatie:

een compensatie als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 10, van Richtlijn 2011/16/EU; k. persoonlijke dienst:

een dienst als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 11, van Richtlijn 2011/16/EU; l. verkoper:

een gebruiker van een platform als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel B, onder 1, van Richtlijn 2011/16/EU; m. actieve verkoper:

een verkoper als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel B, onder 2, van Richtlijn 2011/16/EU; n. te rapporteren verkoper:

een actieve verkoper, die geen uitgesloten verkoper is, die een ingezetene is als bedoeld in bijlage V, deel II, onderdeel D, van Richtlijn 2011/16/EU van een lidstaat of ingezetene is als bedoeld in deel II, paragraaf D, OESO-modelregels van een gekwalificeerd niet-Unierechtsgebied, of die een onroerend goed heeft verhuurd dat in een lidstaat of gekwalificeerd niet-Unierechtsgebied is gelegen; o. uitgesloten verkoper:

een verkoper als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel B, onder 4, van Richtlijn 2011/16/EU; p. entiteit:

een rechtspersoon of een juridische constructie als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 1, eerste zin, van Richtlijn 2011/16/EU; q. gelieerde entiteit van een entiteit:

een entiteit die tot de andere entiteit in een verhouding staat als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 1, tweede tot en met vierde zin, van Richtlijn 2011/16/EU; r. overheidsinstantie:

een instantie als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 2, van Richtlijn 2011/16/EU; s. btw-identificatienummer:

het unieke nummer, bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 4, van Richtlijn 2011/16/EU; t. hoofdadres:

het adres, bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 5, van Richtlijn 2011/16/EU;u. rapportageperiode:

het kalenderjaar, bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 6, van Richtlijn 2011/16/EU; v. eigendomslijst:

alle onroerende zaken als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 7, van Richtlijn 2011/16/EU; w. identificatiecode van de financiële rekening:

het identificatienummer of referentienummer, bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel C, onder 8, van Richtlijn 2011/16/EU; x. goederen:

alle materiële zaken;y. OESO-modelregels:

de modelregels zoals goedgekeurd op 29 juni 2020 met als citeertitel: «OECD (2020), Model Rules for Reporting by Platform Operators with respect to Sellers in the Sharing and Gig Economy, OECD, Paris». DNa artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5

bis.

  1. Voor een verzoek als bedoeld in artikel 5 zijn de verzochte inlichtingen naar verwachting van belang indien de bevoegde autoriteit van een verzoekende staat op het moment van het verzoek van oordeel is dat er overeenkomstig haar nationale wetgeving een redelijke mogelijkheid bestaat dat de verzochte inlichtingen van belang zullen zijn voor de belastingaangelegenheden van een of meerdere belastingplichtigen, bij naam geïdentificeerd of anderszins, en het verzoek gerechtvaardigd is voor de doeleinden van het onderzoek. 2. Om het verwachte belang van de verzochte inlichtingen aan te tonen, verstrekt de bevoegde autoriteit van een verzoekende staat ten minste de volgende inlichtingen aan Onze Minister: a. het fiscale doel waarvoor de informatie wordt opgevraagd; en b. een specificering van de inlichtingen die nodig zijn voor de uitvoering of handhaving van haar nationale wetgeving. 3. Indien een verzoek als bedoeld in artikel 5 betrekking heeft op een groep belastingplichtigen die niet individueel kunnen worden geïdentificeerd, verstrekt de bevoegde autoriteit van een verzoekende staat aan Onze Minister ten minste de volgende inlichtingen: a. een gedetailleerde beschrijving van de groep; b. een toelichting bij de van toepassing zijnde wetgeving en bij de feiten op basis waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat de belastingplichtigen in de groep die wetgeving niet hebben nageleefd; c. een toelichting bij de manier waarop de gevraagde inlichtingen zouden bijdragen aan het bepalen van de mate waarin de belastingplichtigen in de groep aan de van toepassing zijnde wetgeving voldoen; en d. in voorkomend geval, feiten en omstandigheden die verband houden met de betrokkenheid van een derde die actief heeft bijgedragen aan de mogelijke niet-naleving van de van toepassing zijnde wetgeving door de belastingplichtigen in de groep. EArtikel 5a wordt als volgt gewijzigd:1. Het eerste lid komt te luiden: 1. Bij een verzoek om inlichtingen van de bevoegde autoriteit van een lidstaat verstrekt Onze Minister de inlichtingen, bedoeld in artikel 5, zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk drie maanden na de datum van ontvangst van het verzoek. Indien Onze Minister niet binnen die termijn van drie maanden aan het verzoek kan voldoen, deelt hij de redenen hiervoor onmiddellijk, en in elk geval uiterlijk drie maanden na ontvangst van het verzoek, mee aan de bevoegde autoriteit van een verzoekende lidstaat met vermelding van de datum waarop hij denkt aan het verzoek te kunnen voldoen, waarbij geldt dat aan het verzoek uiterlijk zes maanden na de datum van ontvangst van het verzoek dient te worden voldaan. In afwijking van de eerste en tweede zin verstrekt Onze Minister inlichtingen die reeds in zijn bezit zijn binnen twee maanden na de datum van ontvangst van het verzoek. 2. Het vijfde lid vervalt, onder vernummering van het zesde lid tot vijfde lid. FArtikel 6b wordt als volgt gewijzigd:1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd: a. In de aanhef wordt «de inlichtingen» vervangen door «alle inlichtingen». b. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende: f. royalty’s. 2. Het derde lid, tweede zin, vervalt. GArtikel 6d wordt als volgt gewijzigd:1. In het eerste lid, onderdeel b...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT