Wet overige OCW-subsidies

Abbreviated LabelWOOS
CourtOnderwijs, Cultuur en Wetenschap
Subject MatterCultureel recht

Geldend van 01-01-2019 t/m heden

Wet van 12 maart 1998, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (Wet overige OCenW-subsidies)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de totstandkoming van de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht het noodzakelijk maakt een wettelijk kader te scheppen voor de verstrekking van subsidies op de beleidsterreinen van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, voorzover een dergelijk kader ontbreekt;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

§ 1. Subsidies
Artikel 1. Begripsbepaling

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt onder Onze Minister verstaan: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of Onze Minister die belast is met de zorg voor een of meer onderdelen van het beleid, genoemd in artikel 2, eerste lid.

Artikel 2. Subsidiebevoegdheid
  • 1 Onze Minister kan subsidie verstrekken voor activiteiten die passen in het beleid inzake:

    • a. het onderwijs,

    • b. het onderzoek,

    • c. de cultuur,

    • d. de emancipatie.

  • 2 Bij de subsidieverstrekking aan onderwijsinstellingen wordt geen onderscheid gemaakt tussen openbaar en bijzonder onderwijs en wordt voorzien in een behandeling van die instellingen naar dezelfde maatstaf.

Artikel 3. Aanvullende werking
  • 1 Onze Minister verstrekt geen subsidie op grond van deze wet, indien Onze Minister op grond van een andere wettelijke bepaling subsidie kan verstrekken.

  • 2 In afwijking van het eerste lid kan Onze Minister op grond van deze wet subsidie verstrekken, indien:

    • a. die andere wettelijke bepaling dat uitdrukkelijk bepaalt,

    • b. de subsidie incidenteel van aard is, of

    • c. de subsidie vooruitloopt op wijziging van die andere wettelijke bepaling.

  • 3 Onze Minister verstrekt subsidie als bedoeld in het tweede lid, onderdelen b en c, slechts:

    • a. in dringende gevallen,

    • b. op grond van een algemene maatregel van bestuur of een ministeriële regeling, en

    • c. voor ten hoogste vier jaren.

  • 4 De voordracht van een algemene maatregel van bestuur of de vaststelling van een ministeriële regeling krachtens het derde lid wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overlegd.

Artikel 4. Grondslag subsidieverstrekking; nadere voorschriften
  • 1 Onze Minister verstrekt slechts subsidie op grond van een algemene maatregel van bestuur of een ministeriële regeling, tenzij het een subsidie betreft:

  • 2 Bij of krachtens de algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële regeling kunnen voorts regels worden gesteld met betrekking tot:

    • a. de aanvraag van een subsidie en de besluitvorming daarover,

    • b. het bedrag van de subsidie dan wel de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald,

    • c. de activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt,

    • d. de voorwaarden waaronder de subsidie wordt verleend,

    • e. de verplichtingen van de subsidieontvanger,

    • f. de vaststelling van de subsidie,

    • g. intrekking en wijziging van de subsidieverlening of subsidievaststelling,

    • h. de betaling van de subsidie en het verlenen van voorschotten,

    • i. het verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk, bedoeld in artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht, of

    • j. andere criteria voor de verstrekking van subsidie.

  • 3 Indien subsidie wordt verleend op grond van het eerste lid, onder a of b, kan Onze Minister bij de subsidieverlening een termijn vaststellen waarbinnen op de aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt beslist.

Artikel 5. Subsidieplafond

Onze Minister kan een subsidieplafond vaststellen voor de verschillende activiteiten waarvoor op grond van deze wet subsidie kan worden verstrekt. Hij bepaalt daarbij hoe het beschikbare bedrag wordt verdeeld.

Artikel 6. Begrotingsvoorbehoud

[Vervallen per 11-02-2011]

Artikel 7. Verlening van voorschotten

[Vervallen per 01-07-2009]

Artikel 8. Subsidiëring mede door andere bestuursorganen

[Vervallen per 11-02-2011]

Artikel 9. Intrekking wegens strijd met verdragen
  • 1 Een aanvraag kan worden afgewezen en een beschikking tot subsidieverstrekking op grond van deze wet kan worden ingetrokken of gewijzigd voorzover subsidieverstrekking in strijd is met ingevolge een verdrag voor de staat geldende verplichtingen.

  • 2 Bij de vaststelling, intrekking of...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT