Wet van 26 november 2014 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode en wijziging van de Participatiewet in verband met wijziging van de berekening en de periodieke aanpassing van de bijstandsnormen voor pensioengerechtigden

Wet van 26 november 2014 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode en wijziging van de Participatiewet in verband met wijziging van de berekening en de periodieke aanpassing van de bijstandsnormen voor pensioengerechtigden

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het, met het oog op het tegengaan van onbedoeld gebruik van de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode, wenselijk is de Algemene Ouderdomswet te wijzigen teneinde de voorwaarden aan te scherpen waaronder van deze verzekering gebruik kan worden gemaakt en dat het tevens wenselijk is in de Participatiewet de wijze van berekening en de periodieke aanpassing van de bijstandsnormen voor belanghebbenden die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, te wijzigen; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Algemene Ouderdomswet wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 38, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet wordt als volgt gewijzigd: 1. [Vervallen] 2. Aan het slot wordt toegevoegd: , indien hij ten minste vijf jaar verplicht verzekerd is geweest ingevolge de artikelen 6 of 6a, en voor zover hij in die achterliggende periode niet onderworpen is geweest aan een buitenlandse wettelijk verplichte ouderdomsverzekering, die bij het bereiken van de daarin aangegeven leeftijd recht geeft op ouderdomspensioen. 3. [Vervallen] B Aan hoofdstuk VIII, paragraaf 2, wordt aan het slot een artikel, waarvan de nummering aansluit op het laatste artikel van die paragraaf, ingevoegd, luidende:

Artikel #

  1. Op aanvragen om gebruik te maken van de vrijwillige verzekering, bedoeld in artikel 38, eerste lid, die zijn ingediend voor de datum van inwerkingtreding van de Wet tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode (Stb. PM) blijft artikel 38, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, zoals dat luidde op de dag voorafgaand aan die datum van inwerkingtreding van toepassing. 2. Op aanvragen om gebruik te maken van de vrijwillige verzekering, bedoeld in artikel 38, eerste lid, die zijn ingediend op of na de datum van inwerkingtreding van de Wet tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode (Stb. PM) is artikel 38, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, zoals dat door die wet is komen te luiden van toepassing.

ARTIKEL I

A.

De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd: A Na artikel 37 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 37

a. Vaststelling normen pensioengerechtigden.

  1. De normen voor belanghebbenden die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, genoemd in artikel 22, worden afgeleid van het netto minimumloon per maand. 2. Op basis van het netto minimumloon per maand worden de bruto bedragen zodanig vastgesteld, dat na aftrek van de in te houden loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, rekening houdend met de toepasselijke heffingskortingen voor...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT