Wet van 26 november 2014 tot wijziging van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen in verband met het aansluiten van zelfstandige bestuursorganen op de rijksinfrastructuur en enkele technische aanpassingen

Wet van 26 november 2014 tot wijziging van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen in verband met het aansluiten van zelfstandige bestuursorganen op de rijksinfrastructuur en enkele technische aanpassingen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een regeling te treffen in verband met het aansluiten van zelfstandige bestuursorganen op de rijksinfrastructuur en enkele technische wijzigingen aan te brengen in de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Kaderwet zelfstandige bestuursorganen wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 6, onder c, wordt «Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties» vervangen door: Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst. B In artikel 15, eerste lid, wordt «Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties» telkens vervangen door: Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst. C Na artikel 21 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 21

a.

  1. Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst kan, op verzoek van een zelfstandig bestuursorgaan dat geen onderdeel uitmaakt van de staat en in overeenstemming met Onze Ministers wie het aangaat, bepalen dat het zelfstandig bestuursorgaan gebruik maakt van een voorziening die in stand wordt gehouden door een ander bestuursorgaan van de centrale overheid en die wordt ingezet ten behoeve van de uitvoering van de taak van een of meer bestuursorganen van de centrale overheid. Onder voorziening wordt verstaan een samenhangende verzameling van processen op het terrein van bedrijfsvoering; deze processen, waaronder automatisering en bestuurlijke informatievoorziening, huisvesting en personeelsbeheer, bepalen niet inhoudelijk de uitkomsten van het primaire proces van de gebruikende organisatie. 2. Indien een zelfstandig bestuursorgaan dat geen onderdeel uitmaakt van de staat taken strikt regelgebonden uitvoert in een groot aantal individuele gevallen kan Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst, in overeenstemming met Onze Ministers wie het aangaat, zonder een daartoe strekkend verzoek van het zelfstandig bestuursorgaan bepalen...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT