Besluit ex artikel 24 Wet politiegegevens

Besluit van 30 augustus 2018 tot bepaling van categorieën van politiegegevens als bedoeld in artikel 24 van de Wet politiegegevens (Besluit ex artikel 24 Wet politiegegevens)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Veiligheid, Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Onze Minister van Defensie, 28 mei 2018, nr. 2278631, directie wetgeving en juridische zaken; Gelet op artikel 24, eerste en tweede lid, van de Wet politiegegevens;De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 4 juli 2018, nummer nr. W16.18.0135/II); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie en Veiligheid, Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Onze Minister van Defensie van 27 augustus 2018, nr. 2318143; Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

(aanwijzing categorieën van politiegegevens).

Als categorieën politiegegevens als bedoeld in artikel 24, eerste en tweede lid, van de Wet politiegegevens worden aangewezen: a. politiegegevens die worden verwerkt op grond van artikel 8 van de Wet politiegegevens, b. politiegegevens die worden verwerkt op grond van artikel 9 van de Wet politiegegevens, c. politiegegevens die worden verwerkt op grond van artikel 10 van de Wet politiegegevens, d. politiegegevens die worden verwerkt op grond van artikel 13 van de Wet politiegegevens.

Artikel 2

(inwerkingtreding).

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 2018.

Artikel 3

(citeertitel).

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit ex artikel 24 Wet politiegegevens.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnootWassenaar, 30 augustus 2018Willem-AlexanderDe Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. GrapperhausDe Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. OllongrenDe Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten

Uitgegeven de achtentwintigste september 2018 De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

In de Wet politiegegevens is de rechtstreekse verstrekking van politiegegevens aan de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst geregeld. De verstrekking geschiedt door het rechtstreeks geautomatiseerd vergelijken van bepaalde categorieën van politiegegevens teneinde vast te stellen of verbanden bestaan tussen die gegevens. De categorieën van politiegegevens worden aangewezen bij algemene maatregel van bestuur. In dit besluit worden de betreffende categorieën van politiegegevens aangewezen.

  1. Inleiding

    In artikel 24 van de Wet politiegegevens (Wpg) wordt de rechtstreekse verstrekking van politiegegevens aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten geregeld. Het eerste lid regelt de verstrekking aan de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD), het tweede lid de verstrekking aan de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD). In beide artikelleden worden de categorieën politiegegevens waarop de rechtstreeks geautomatiseerde vergelijking van toepassing is bij algemene maatregel van bestuur bepaald. Voor beide diensten bestaat de noodzaak om voor een goede taakvervulling te kunnen beschikken over de daarvoor relevante politiegegevens. In dit verband kan natuurlijk in het bijzonder gewezen worden op de taken van beide diensten op het gebied van de terrorismebestrijding. Echter ook op het gebied van de veiligheidsonderzoeken (artikel 8, tweede lid, onder b, en artikel 10, tweede lid, onder b, Wiv 2017) is het voor de diensten onontbeerlijk te kunnen beschikken over politiegegevens. Ook is de dynamisering van het veiligheidsonderzoek, zoals aanbevolen door de commissie Oord1 niet goed uitvoerbaar zonder rechtstreekse geautomatiseerde toegang tot de relevante gegevens van politie en justitie. De Wet veiligheidsonderzoeken is hierop aangepast2.

    Voor wat betreft de bepaling van de categorieën van politiegegevens die wel en die niet in aanmerking komen voor rechtstreekse geautomatiseerde vergelijking stemt de positie van de beide diensten overeen. In de voorliggende algemene maatregel van bestuur wordt dan ook voor beide diensten gezamenlijk bepaald op welke categorieën politiegegevens de rechtstreekse geautomatiseerde vergelijking van politiegegevens van toepassing is.

    Op grond van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017) hebben de politie en de Koninklijke marechaussee een plicht tot het verstrekken van informatie die van belang is voor de inlichtingen- en veiligheidsdiensten3 (artikel 17 Wpg en artikel 94 Wiv 2017; artikel 93 bevat een overeenkomstige verplichting voor leden van het openbaar ministerie). Het kan daarbij gaan om een verstrekking op initiatief van de betrokken ambtenaar van politie of het betrokken lid van het openbaar ministerie. Het kan ook gaan om een verstrekking naar aanleiding van een verzoek van een inlichtingen- en veiligheidsdienst. De verstrekking van gegevens kan voorts geschieden door het bieden van rechtstreekse geautomatiseerde toegang aan de betrokken inlichtingen- en veiligheidsdienst tot de relevante politiegegevens. In de Wpg is voorzien in de mogelijkheid van het rechtstreeks verstrekken van politiegegevens aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. De wijze waarop deze vorm van gegevensverwerking in dat artikel en in deze algemene maatregel van bestuur nader wordt ingevuld, laat de verplichting tot gegevensverstrekking door de leden van het openbaar ministerie en de ambtenaren van politie en de Koninklijke Marechaussee op grond van de artikelen 93 en 94 van de Wiv 2017 onverlet.

  2. De regeling van artikel 24 van de Wet politiegegevens

    Ingevolge artikel 24 Wpg dient de rechtstreekse geautomatiseerde verstrekking van politiegegevens aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten noodzakelijk te zijn voor de uitvoering van de taak van de AIVD bedoeld in artikel 8, tweede lid, van de WIV 2017 dan wel voor de uitvoering van de taak van de MIVD bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Wiv 2017. Basis voor de verstrekking vormt het rechtstreeks geautomatiseerd vergelijken van door de AIVD of de MIVD verwerkte gegevens met de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorieën van politiegegevens. Doel van deze vergelijking is vast te stellen of er verbanden bestaan tussen beide soorten gegevens. Het vaststellen van een dergelijk verband geschiedt door middel van gegevensvergelijking op basis van een hit/no-hit systeem: aan de hand van door de dienst ingevoerde...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT