Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie, de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten in verband met de instelling van de Raad voor de rechtspraak (Wet Raad voor de rechtspraak)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2001

583

Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie, de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten in verband met de instelling van de Raad voor de rechtspraak (Wet Raad voor de rechtspraak)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet op de rechterlijke organisatie, de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten te wijzigen in verband met de instelling van de Raad voor de rechtspraak;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Indien het bij koninklijke boodschap van 8 juni 2000 ingediende voorstel van wet (kamerstuknr. 27 181) tot wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie, de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten in verband met de modernisering van de organisatie en de instelling van een bestuur bij de gerechten (Wet organisatie en bestuur gerechten)1 tot wet wordt verheven, wordt de Wet op de rechterlijke organisatie2 als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot een onderdeel f toegevoegd, luidende: f. de Raad: de Raad voor de rechtspraak, bedoeld in artikel 82.

B

Artikel 3

komt te luiden:

Artikel 3

De afdelingen 2 en 6 zijn niet van toepassing op de Hoge Raad.

Staatsblad 2001 583 1

C

D

Artikel 15

wordt gewijzigd als volgt:

1. Onder vernummering van het zesde tot en met het negende lid tot zevende tot en met het tiende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende: 6. Voor de benoeming van een bestuurslid stelt de Raad een aanbeveling op van drie personen. Voordat de Raad een aanbeveling opstelt, hoort hij het bestuur van het desbetreffende gerecht. Het bestuur stelt de Raad daarbij tevens op de hoogte van de zienswijze van de ondernemingsraad.

2. Het nieuwe zevende lid komt te luiden: 7. Een lid van het bestuur kan niet tevens zijn lid van de Raad dan wel lid van het bestuur van een ander gerecht.

E

In artikel 16 wordt aan het vijfde lid een volzin toegevoegd, luidende: Onze Minister doet zijn voordracht op voorstel van de Raad.

F

In artikel 19 worden onder vernummering van het tweede lid tot vierde lid, twee leden ingevoegd, luidende: 2. Het reglement behoeft de instemming van de Raad. De artikelen 10:28 tot en met 10:31 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. 3. De instemming kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het belang van een goede bedrijfsvoering van het gerecht.

G

In artikel 25, derde lid, wordt «onderscheidenlijk door» vervangen door «onderscheidenlijk» en wordt na «bedrijfsvoering» ingevoegd: en door de Raad voor de rechtspraak.

H

In artikel 26 worden onder vernummering van het tweede tot en met het vierde lid tot vierde tot en met het zesde lid, twee leden ingevoegd, luidende: 2. De regeling of een wijziging daarvan behoeft de instemming van de Raad. De artikelen 10:28 tot en met 10:31 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. 3. De instemming kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het belang van een goede bedrijfsvoering van het gerecht.

I

Na paragraaf 2 van afdeling 2 worden twee paragrafen ingevoegd, luidende:

Staatsblad 2001 583 2

In artikel 9 wordt «Onze Minister» vervangen door: De Raad.

Paragraaf 3. Planning en bekostiging Artikel 29

1. Met inachtneming van de regels, bedoeld in artikel 97, eerste lid, kent de Raad jaarlijks aan elk gerecht een algemeen budget toe ten laste van de rijksbegroting. De Raad kan aan de toekenning van het budget voorschriften verbinden. 2. In aanvulling op het algemene budget kan de Raad een gerecht financiële middelen verstrekken voor specifiek omschreven activiteiten die gericht zijn op verbetering van de organisatie of de werkwijze van de gerechten of het desbetreffende gerecht. De tweede volzin van het eerste lid is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 30

De Raad deelt aan elk gerecht zo spoedig mogelijk na de mededeling, bedoeld in artikel 101 mede welk budget, met inbegrip van de daaraan te verbinden voorschriften, voor het komende begrotingsjaar voorlopig kan worden verwacht. Hij deelt daarbij tevens mede op welke wijze het geraamde budget is berekend.

Artikel 31

1. Het bestuur stelt jaarlijks een jaarplan voor het gerecht vast. Het plan bevat: a. een omschrijving van de voorgenomen activiteiten ter uitvoering van de in artikel 23, eerste lid, genoemde taken voor het jaar volgend op het jaar waarin het plan is vastgesteld; b. een begroting voor het komende begrotingsjaar; c. een meerjarenraming voor ten minste vier op het begrotingsjaar volgende jaren. 2. In afwijking van artikel 17, tweede lid, stelt het bestuur het jaarplan vast met meerderheid van stemmen, waaronder de stem van de president. 3. De Raad kan omtrent de inrichting van het plan algemene aanwijzingen geven. 4. Het bestuur zendt het plan voor een door de Raad te bepalen tijdstip aan de Raad. 5. Binnen het bestuur ziet de president toe op de uitvoering van het jaarplan.

Artikel 32

1. Het bestuur stelt de begroting van het gerecht als onderdeel van het jaarplan vast in overeenstemming met het door de Raad geraamde budget, bedoeld in artikel 30. 2. De begroting van het gerecht behoeft de instemming van de Raad. De artikelen 10:28 tot en met 10:30 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. 3. De instemming kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het belang van een goede bedrijfsvoering van het gerecht. 4. De Raad beslist binnen acht weken na ontvangst van de begroting van het gerecht. De instemming wordt geacht te zijn verleend indien binnen deze termijn geen beslissing van de Raad is ontvangen. 5. In gevallen van dringende spoed kan het bestuur een uitgave doen voordat de desbetreffende begroting de instemming van de Raad heeft verkregen. De Raad wordt daarvan terstond in kennis gesteld.

Staatsblad 2001 583 3

Artikel 33

1. De Raad maakt aan elk gerecht zo spoedig mogelijk na de vaststelling van hoofdstuk VI van de rijksbegroting bekend, welk budget hij aan het gerecht toekent. Indien het budget afwijkt van het geraamde budget, bedoeld in artikel 30 is de tweede volzin van dat artikel van overeenkomstige toepassing. 2. Indien het budget afwijkt van het geraamde budget, bedoeld in artikel

30, wijzigt het bestuur de begroting van het gerecht. 3. Beslissingen tot andere wijzigingen van de begroting kunnen uiterlijk tot het eind van het desbetreffende begrotingsjaar worden genomen. 4. De Raad wordt van de wijzigingen, bedoeld in het tweede en derde lid, terstond in kennis gesteld. 5. Het bestuur doet de noodzakelijke uitgaven binnen de grenzen van de vastgestelde of gewijzigde begroting.

Artikel 34

1. Indien de begroting niet de instemming van de Raad heeft verkregen, behoeft het bestuur tot het doen van uitgaven steeds de instemming van de Raad. 2. Een verzoek van het bestuur om instemming kan door de Raad slechts worden afgewezen wegens strijd met het recht of het belang van een goede bedrijfsvoering van het gerecht. De artikelen 10:28 tot en met 10:30 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. 3. De Raad beslist op het verzoek binnen acht weken na ontvangst van het verzoek. De instemming wordt geacht te zijn verleend indien binnen deze termijn geen beslissing van de Raad is ontvangen. 4. De Raad kan aan de instemming voorschriften verbinden. 5. De Raad kan bepalen voor welke posten en tot welk bedrag het bestuur geen instemming behoeft.

Artikel 35

1. Het bestuur dient jaarlijks voor een door de Raad te bepalen tijdstip bij de Raad een verslag in. 2. Het verslag bestaat uit de jaarrekening met bijbehorende begroting, de daarin aangebrachte wijzigingen, het jaarverslag en overige financiële gegevens. 3. In de jaarrekening wordt rekening en verantwoording afgelegd van het financiële beheer van het gerecht over het voorafgaande begrotingsjaar. 4. De jaarrekening behoeft de instemming van de Raad. De instemming kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht. De artikelen 10:28 tot en met 10:31 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. 5. In het jaarverslag wordt vermeld op welke wijze de werkzaamheden ten behoeve waarvan het budget ten laste van de rijksbegroting is verleend, zijn uitgevoerd. Daarbij wordt aangegeven op welke wijze deze werkzaamheden zich verhouden tot het plan zoals dit overeenkomstig artikel 31 voor het desbetreffende jaar is vastgesteld en tot de in het desbetreffende jaar geldende financieringsregels, bedoeld in artikel 97, eerste lid. 6. Het verslag omvat een verklaring omtrent de getrouwheid en de rechtmatigheid, afgegeven door een door het bestuur aangewezen accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Bij de aanwijzing van de accountant wordt bedongen dat aan de Raad op diens verzoek inzicht wordt geboden in de controlerapporten van de accountant.

Staatsblad 2001 583 4

7. In afwijking van artikel 17, tweede lid, stelt het bestuur het jaarverslag vast met meerderheid van stemmen, waaronder de stem van de president. 8. De Raad kan omtrent de inrichting van het verslag algemene aanwijzingen geven.

Paragraaf 4. Toezicht Artikel 36

1. Het bestuur verstrekt desgevraagd aan de Raad de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. 2. De Raad kan omtrent de verstrekking van inlichtingen algemene aanwijzingen geven...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT