Rijksvisumwet

Abbreviated LabelGeen
Subject MatterMigratierecht | Vreemdelingenrecht
CourtBuitenlandse Zaken

Geldend van 01-07-2018 t/m heden

Rijkswet van 23 augustus 2016, houdende bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in het licht van de gewijzigde staatkundige verhoudingen binnen het Koninkrijk en met het oog op de naleving van de internationale verplichtingen van het Koninkrijk en het tegengaan van illegale immigratie wenselijk is harmonisatie van de visumverlening voor de toegang tot de afzonderlijke landen van het Koninkrijk te bevorderen door het regelen van de hoofdlijnen van het visumbeleid in een rijkswet op basis van artikel 3, eerste lid, onderdelen b en g, van het Statuut voor het Koninkrijk;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk I. Algemeen
Artikel 1

In deze wet wordt verstaan onder:

  • a. Vreemdeling: ieder die de Nederlandse nationaliteit niet bezit en niet op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander moet worden behandeld;

  • b. Nederland: het land Nederland, met uitzondering van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

  • c. Landen: de landen Curaçao, Aruba en Sint Maarten;

  • d. Openbare lichamen: de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

  • e. Visum voor de toegang tot de landen en de openbare lichamen: beslissing van de bevoegde autoriteit dat op het moment van afgifte geen bezwaar bestaat tegen de toegang tot de landen en openbare lichamen;

  • f. Bevoegde autoriteit:

    • wat betreft de openbare lichamen: Onze Minister van Buitenlandse Zaken;

    • wat betreft de landen: de Minister van het desbetreffende land wie het aangaat;

  • g. Geldigheidsduur van een visum: het tijdvak waarbinnen na afgifte van een visum daarvan gebruik kan worden gemaakt voor het verkrijgen van toegang;

  • h. Verblijfstermijn: de maximale duur van het geoorloofd verblijf op grond van artikel 5, eerste lid;

  • i. Landsregelgeving:

    • wat betreft de openbare lichamen: regeling van Onze Minister van Buitenlandse Zaken;

    • wat betreft de landen: algemeen verbindende voorschriften, vastgesteld door het daartoe bevoegde orgaan van het desbetreffende land.

Artikel 2
  • 1 Deze wet is van toepassing op de verlening van visa voor de toegang tot de landen en de openbare lichamen.

  • 2 Onze Minister van Buitenlandse Zaken is belast met de verlening van de visa, bedoeld in artikel 2 van de Verordening van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 maart 2001, nr. 539/2001/EG (Pb EU L81) voor de toegang tot Nederland. Bepalingen omtrent andere visa voor de toegang tot Nederland dan bedoeld in de eerste volzin worden bij of krachtens de wet vastgesteld.

Artikel 3

De bevoegde autoriteit van elk van de landen neemt bij de uitoefening van haar bevoegdheden het door Onze Minister van Buitenlandse Zaken gevoerde beleid inzake de buitenlandse betrekkingen, daaronder begrepen het visumbeleid, in acht.

Artikel 4

De hoofden van de diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen van het Koninkrijk zijn belast met de behandeling van visumaanvragen namens de bevoegde autoriteiten. In overeenstemming met Onze Minister van Buitenlandse Zaken kunnen de bevoegde autoriteiten van de landen aan de hoofden van de diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging van het Koninkrijk aanwijzingen geven over de uitvoering van deze wet ten aanzien van het desbetreffende land door de ambtenaren werkzaam op die vertegenwoordiging.

Hoofdstuk II. Visa
Paragraaf 1. Visumplicht
Artikel 5
  • 1 Een visum, verleend op grond van deze rijkswet, is vereist voor het verkrijgen van een of meer malen toegang van vreemdelingen tot de landen en de openbare lichamen. Bij of krachtens landsregelgeving kan worden bepaald dat aan het visum een verblijfstermijn kan worden verbonden. De eerste volzin laat onverlet hetgeen overigens bij of krachtens enig wettelijk voorschrift is bepaald omtrent de toegang en de toelating tot de landen en de openbare lichamen.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van vreemdelingen die:

    • a. krachtens verdrag of bindend besluit van een volkenrechtelijke organisatie daarvan zijn vrijgesteld,

    • b. drager zijn van een bij regeling van Onze Minister van Buitenlandse Zaken in overeenstemming met de bevoegde autoriteit aangewezen nationaliteit,

    • c. behoren tot een bij regeling van Onze Minister van Buitenlandse Zaken in overeenstemming met de bevoegde autoriteit aangeduide categorie of

    • d. beschikken over een geldige machtiging tot voorlopig verblijf, verleend op grond van de Wet toelating en uitzetting BES.

  • 3 Bij de vaststelling van de regelingen, bedoeld in het tweede lid, neemt Onze Minister van Buitenlandse Zaken het belang van harmonisatie van het visumbeleid binnen het Koninkrijk en de belangen van de landen en de openbare lichamen, met name hun economische belangen, in acht.

  • 4 De bevoegde autoriteit kan in aanvulling op het bepaalde krachtens het tweede lid in bijzondere gevallen ontheffing verlenen van de visumplicht.

Artikel 6

Een voor toegang tot een van de landen of openbare lichamen verleend visum geldt mede als visum voor de toegang tot de overige landen en openbare lichamen, tenzij de bevoegde autoriteit van een van de overige landen of openbare lichamen uit oogpunt van openbare orde of nationale veiligheid geen medegelding toestaat. In het geval geen medegelding wordt toegestaan, verbindt de bevoegde autoriteit die op de aanvraag beslist een territoriale beperking aan het visum.

Paragraaf 2. Aanvraag
Artikel 7
  • 1 Een visum wordt door de vreemdeling in persoon, indien de bevoegde autoriteit dat verlangt in aanwezigheid van diens wettelijke vertegenwoordiger, aangevraagd bij een diplomatieke of consulaire...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT