Uitspraak Nº 201408273/1/A3. Raad van State, 2015-07-29

ECLIECLI:NL:RVS:2015:2384
Date29 Julio 2015
Docket Number201408273/1/A3
CourtCouncil of State (Netherlands)

201408273/1/A3.

Datum uitspraak: 29 juli 2015

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellant], wonend te Rhoon, gemeente Albrandswaard,

tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 26 augustus 2014 in de zaken nrs. 13/5398, 14/33, 14/386 en 14/2020 in het geding tussen:

[appellant]

en

het college van burgemeester en wethouders van Albrandswaard.

Procesverloop

Bij brief van 4 april 2013 heeft [appellant] verzocht om openbaarmaking van informatie.

Bij besluit van 25 juni 2013 heeft het college een aantal documenten openbaar gemaakt.

Bij brief van 19 augustus 2013 heeft [appellant] beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit op zijn verzoek van 4 april 2013.

Bij besluit van 19 november 2013 heeft het college het door [appellant] tegen het besluit van 25 juni 2013 gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij besluit van 9 oktober 2013 heeft het college een verzoek om openbaarmaking van [appellant] afgewezen.

Het college heeft ingestemd met rechtstreeks beroep als bedoeld in artikel 7:1a, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) tegen het besluit van 9 oktober 2013.

Bij besluit van 24 september 2013 heeft het college B. te Vrede gemachtigd hem te vertegenwoordigen in bepaalde bezwaar- en beroepsprocedures en verzoeken om voorlopige voorziening.

Bij besluit van 28 januari 2014 heeft het college het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij uitspraak van 26 augustus 2014 heeft de rechtbank het door [appellant] bij brief van 19 augustus 2013 ingestelde beroep en het door hem tegen het besluit van 28 januari 2014 ingestelde beroep niet-ontvankelijk verklaard en de door hem tegen de besluiten van 19 november 2013 en 9 oktober 2013 ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld.

[appellant] heeft nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 2 juli 2015, waar het college, vertegenwoordigd door R. Wiekeraad, werkzaam bij de gemeente, is verschenen.

Overwegingen

Zaak nr. 13/5398

1. De rechtbank heeft overwogen dat [appellant] op 22 (lees: 19) augustus 2013 beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig beslissen door het college op verzoeken tot openbaarmaking die hij heeft ingediend. De rechtbank heeft [appellant] bij brief van 6 november 2013 te kennen gegeven dat geen dusdanige samenhang tussen de verschillende zaken bestaat, dat niet voor elke zaak apart griffierecht moet worden geheven. Zij heeft [appellant] vervolgens meermalen uitgenodigd en ook opgeroepen voor een comparitiezitting, waaraan hij geen gehoor heeft gegeven. De rechtbank heeft vervolgens geconcludeerd dat zaak nr. 13/5398 alleen ziet op het verzoek om openbaarmaking van 4 april 2013 met kenmerk GMAR040413-03 en heeft voor de overige zaken die zijn genoemd in het beroepschrift van 19 augustus 2013 aparte zaken aangemaakt en apart griffierecht geheven.

De rechtbank heeft vervolgens overwogen dat het college op voormeld verzoek van 4 april 2013 bij besluit van 25 juni 2013 heeft beslist en het daarom niet in gebreke is. Daarom is niet voldaan aan de voorwaarde voor het instellen van beroep tegen het niet tijdig beslissen en heeft zij dat beroep niet-ontvankelijk verklaard.

2. [appellant] betoogt dat zaak nr. 13/5398 een lege zaak is. Volgens [appellant] heeft hij het verzoek om openbaarmaking van 4 april 2013 met kenmerk GMAR040413-03 niet in geding gebracht in zaak nr. 13/5398, maar maakte dit onderdeel uit van zaak nr. 14/33 en van zaak nr. 14/2391, welke laatstgenoemde zaak de rechtbank tegen zijn wens in heeft aangemaakt. De rechtbank was daarom niet bevoegd de zaken te splitsen en meermalen griffierecht te heffen en evenmin om hem op te roepen voor een comparitiezitting. De rechtbank heeft volgens [appellant] verder miskend dat het verweerschrift dat het college in deze zaak heeft ingediend, niet rechtsgeldig is ondertekend, omdat de handtekening van de burgemeester ontbreekt. Daarmee is gehandeld in strijd met artikel 6 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM). De gemeentesecretaris heeft het verweerschrift evenmin ondertekend, nu de handtekening onder het verweerschrift die van hem zou zijn een afdruk is van een scan en geen fysieke handtekening, aldus [appellant].

2.1. [appellant] heeft in zijn beroepschrift van 19 augustus 2013 vermeld dat hij beroep instelt tegen het uitblijven van een besluit op zijn verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob), alsmede het uitblijven van een besluit op zijn verzoeken tot collegebesluiten en bezwaar. Hij heeft daarin voorts vermeld dat hij de inleidende verzoeken en de ingebrekestellingen als bijlagen heeft bijgevoegd. Een van die bijlagen is de ingebrekestelling van 11 juni 2013, waarbij [appellant] het college in gebreke heeft gesteld wegens het niet nemen van een besluit op de daarop vermelde verzoeken om openbaarmaking. Het eerste verzoek dat daarop is vermeld is dat van 4 april 2013 met kenmerk GMAR040413-03.

Gelet op de omstandigheid dat [appellant] met zijn beroepschrift van 19 augustus 2013 beroep heeft ingesteld tegen het uitblijven van een besluit op meer verzoeken om informatie alsmede...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
7 temas prácticos
  • Uitspraak Nº ROT 15/7004 e.v.. Rechtbank Rotterdam, 2018-02-15
    • Nederland
    • 15 Febrero 2018
    ...is gehonoreerd (zie de eerder genoemde uitspraak van 10 februari 2016 en de eerdere uitspraak tussen partijen van 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. Voor zover eiser zijn verzoeken mede heeft gebaseerd o......
  • Uitspraak Nº ROT 17/4542. Rechtbank Rotterdam, 2018-08-01
    • Nederland
    • 1 Agosto 2018
    ...6 van het EVRM in dit verband evenmin is gehonoreerd (zie de uitspraken van 10 februari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:329, en 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. 7. Gelet op vaste rechtspraak van de Afdeling (bi......
  • Uitspraak Nº ROT 17/3832 e.v.. Rechtbank Rotterdam, 2017-02-15
    • Nederland
    • 15 Febrero 2017
    ...beroep van eiser op artikel 6 van het EVRM in dit verband evenmin is gehonoreerd (zie ABRvS 10 februari 2016 en ABRvS 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. 7. De rechtbank stelt verder voorop dat de overweg......
  • Uitspraak Nº ROT 17/5653. Rechtbank Rotterdam, 2018-08-01
    • Nederland
    • 1 Agosto 2018
    ...6 van het EVRM in dit verband evenmin is gehonoreerd (zie de uitspraken van 10 februari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:329, en 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. 6. Gelet op vaste rechtspraak van de Afdeling (bi......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
7 sentencias
  • Uitspraak Nº ROT 15/7004 e.v.. Rechtbank Rotterdam, 2018-02-15
    • Nederland
    • 15 Febrero 2018
    ...is gehonoreerd (zie de eerder genoemde uitspraak van 10 februari 2016 en de eerdere uitspraak tussen partijen van 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. Voor zover eiser zijn verzoeken mede heeft gebaseerd o......
  • Uitspraak Nº ROT 17/4542. Rechtbank Rotterdam, 2018-08-01
    • Nederland
    • 1 Agosto 2018
    ...6 van het EVRM in dit verband evenmin is gehonoreerd (zie de uitspraken van 10 februari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:329, en 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. 7. Gelet op vaste rechtspraak van de Afdeling (bi......
  • Uitspraak Nº ROT 17/3832 e.v.. Rechtbank Rotterdam, 2017-02-15
    • Nederland
    • 15 Febrero 2017
    ...beroep van eiser op artikel 6 van het EVRM in dit verband evenmin is gehonoreerd (zie ABRvS 10 februari 2016 en ABRvS 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. 7. De rechtbank stelt verder voorop dat de overweg......
  • Uitspraak Nº ROT 17/5653. Rechtbank Rotterdam, 2018-08-01
    • Nederland
    • 1 Agosto 2018
    ...6 van het EVRM in dit verband evenmin is gehonoreerd (zie de uitspraken van 10 februari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:329, en 29 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2384). Dat eiser het niet eens is met die uitspraken van de Afdeling maakt dit niet anders. 6. Gelet op vaste rechtspraak van de Afdeling (bi......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT