Uitspraak Nº 201708551/1/V3. Raad van State, 2018-01-30

ECLIECLI:NL:RVS:2018:358
Date30 Enero 2018
Docket Number201708551/1/V3
CourtCouncil of State (Netherlands)

201708551/1/V3.

Datum uitspraak: 30 januari 2018

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het hoger beroep van:

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

appellant,

tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Zwolle, van 12 oktober 2017 in zaak nr. 17/6239 in het geding tussen:

[de vreemdeling], mede voor haar minderjarige kinderen,

en

de staatssecretaris.

Procesverloop

Bij besluit van 27 oktober 2016 heeft de staatssecretaris een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

Bij besluit van 20 februari 2017 heeft de staatssecretaris het daartegen door de vreemdeling gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij uitspraak van 12 oktober 2017 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en bepaald dat de staatssecretaris een nieuw besluit op het gemaakte bezwaar neemt met inachtneming van hetgeen in de uitspraak is overwogen.

Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris hoger beroep ingesteld.

De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. S.B. Kleerekooper, advocaat te Hoenderloo, heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

Vervolgens is het onderzoek gesloten.

Overwegingen

Inleiding

1. De vreemdeling heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 27 oktober 2016. Het bezwaarschrift bevat, zoals de rechtbank heeft overwogen, niet de gronden van het bezwaar en voldoet daarmee niet aan artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb. Ingevolge artikel 6:6, aanhef en onder a, van die wet kan het bezwaar niet-ontvankelijk worden verklaard, indien niet is voldaan aan artikel 6:5 van de Awb of aan enig ander bij de wet gesteld vereiste voor het in behandeling nemen van het bezwaar, mits de indiener de gelegenheid heeft gehad het verzuim te herstellen binnen een hem daartoe gestelde termijn. De staatssecretaris stelt de vreemdeling te hebben verzocht dit verzuim te herstellen bij niet-aangetekend verzonden brief van 2 december 2016, voorzien van de juiste adressering. De niet-ontvankelijkverklaring is gebaseerd op de omstandigheid dat de vreemdeling de gronden van het bezwaar niet alsnog heeft ingediend.

Grief

2. In de enige grief klaagt de staatssecretaris dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat hij de verzending van de herstelverzuimbrief van 2 december...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
10 temas prácticos
  • Uitspraak Nº AWB 20/6489 en AWB 21/4623. Rechtbank Den Haag, 2022-10-05
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 5 October 2022
    ...Verweerder wijst onder meer op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) van 30 januari 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:358). De gronden van beroep ten aanzien van de ontvankelijkheid 3. Eiser betoogt dat verweerder zijn bezwaarschrift tegen het besluit van 14......
  • Uitspraak Nº AWB - 18 _ 1350. Rechtbank Den Haag, 2018-10-04
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 4 October 2018
    ...bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: Afdeling) eerder heeft overwogen (onder meer de uitspraak van 30 januari 2018, ECLI:NL:RVS:2018:358) hanteren de hoogste bestuursrechters alle als uitgangspunt dat, in het geval van niet-aangetekende verzending van een besluit of een ander ......
  • Uitspraak Nº AWB 18 / 8765. Rechtbank Den Haag, 2019-06-11
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 11 June 2019
    ...het volgnummer 1 heeft gekregen. Gelet op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 30 januari 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:358) moet op grond daarvan worden aangenomen dat de herstelverzuimbrief op de juiste wijze is verzonden. In het beroepschrift zijn verder ge......
  • Uitspraak Nº AWB 18 / 7476. Rechtbank Den Haag, 2019-04-08
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 8 April 2019
    ...het adres is aangehouden dat eiser zelf op het bezwaarschrift heeft vermeld. 9. In de uitspraak van de Afdeling van 30 januari 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:358) is de hierboven beschreven verzendmethode via het verzendhuis van verweerder als een correcte wijze van bekendmaking aangenomen. De rech......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
10 sentencias
  • Uitspraak Nº AWB 20/6489 en AWB 21/4623. Rechtbank Den Haag, 2022-10-05
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 5 October 2022
    ...Verweerder wijst onder meer op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) van 30 januari 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:358). De gronden van beroep ten aanzien van de ontvankelijkheid 3. Eiser betoogt dat verweerder zijn bezwaarschrift tegen het besluit van 14......
  • Uitspraak Nº AWB - 18 _ 1350. Rechtbank Den Haag, 2018-10-04
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 4 October 2018
    ...bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: Afdeling) eerder heeft overwogen (onder meer de uitspraak van 30 januari 2018, ECLI:NL:RVS:2018:358) hanteren de hoogste bestuursrechters alle als uitgangspunt dat, in het geval van niet-aangetekende verzending van een besluit of een ander ......
  • Uitspraak Nº AWB 18 / 8765. Rechtbank Den Haag, 2019-06-11
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 11 June 2019
    ...het volgnummer 1 heeft gekregen. Gelet op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 30 januari 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:358) moet op grond daarvan worden aangenomen dat de herstelverzuimbrief op de juiste wijze is verzonden. In het beroepschrift zijn verder ge......
  • Uitspraak Nº AWB 18 / 7476. Rechtbank Den Haag, 2019-04-08
    • Nederland
    • Rechtbank Den Haag (Neederland)
    • 8 April 2019
    ...het adres is aangehouden dat eiser zelf op het bezwaarschrift heeft vermeld. 9. In de uitspraak van de Afdeling van 30 januari 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:358) is de hierboven beschreven verzendmethode via het verzendhuis van verweerder als een correcte wijze van bekendmaking aangenomen. De rech......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT