Uitspraak Nº 18/00457. Hoge Raad, 2019-04-19

ECLIECLI:NL:HR:2019:647
Date19 Abril 2019
Docket Number18/00457

Eerste Kamer

18/00457

TT

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

in de zaak van:

1. [werknemer a],
wonende te [woonplaats 1],

2. [werknemer b],
wonende te [woonplaats 2],

3. [werknemer c],
wonende te [woonplaats 3],

4. [werknemer d],
wonende te [woonplaats 4],

5. [werknemer e],
wonende te [woonplaats 5],

EISERS tot cassatie, verweerders in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep,

advocaat: voorheen mr. S. Kousedghi, thans mr. H.J.W. Alt.

t e g e n

NXP SEMICONDUCTORS NETHERLANDS B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats],

VERWEERSTER in cassatie, eiseres in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep,

advocaat: mr. S.F. Sagel.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [de werknemers] en NXP.

1 Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

a. de vonnissen in de zaak 3981377\CV EXPL 15-1625\493 van de kantonrechter te Nijmegen van 22 mei 2015 en 16 oktober 2015;

b. het arrest in de zaak 200.183.190 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 31 oktober 2017.

Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2 Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof hebben [de werknemers] beroep in cassatie ingesteld. NXP heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld. De procesinleiding en het verweerschrift tevens houdende voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep zijn aan dit arrest gehecht en maken daarvan deel uit.

Partijen hebben over en weer een verweerschrift tot verwerping van het beroep ingediend.

De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor NXP mede door mr. R. van Haeringen.

De conclusie van de Advocaat-Generaal B.J. Drijber strekt in het principaal cassatieberoep tot vernietiging en verwijzing en in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep tot verwerping.

3 Uitgangspunten in cassatie
3.1.1

In deze zaak gaat het erom of de in een sociaal plan voorziene regeling die in geval van beëindiging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever de ontslagvergoeding maximeert, in strijd is met het verbod van leeftijdsdiscriminatie.

3.1.2

In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.

( i) [de werknemers] zijn in dienst geweest van (de rechtsvoorgangster van) NXP. Voor hen gelden de volgende data van indiensttreding:

- [werknemer a], geboren op [geboortedatum] 1952: 1 juni 1989

- [werknemer b], geboren op [geboortedatum] 1952: 1 maart 1979

- [werknemer c], geboren op [geboortedatum] 1950: 5 maart 1973

- [werknemer d], geboren op [geboortedatum] 1951: 1 oktober 1976

- [werknemer e], geboren op [geboortedatum] 1951: 1 augustus 1980.

(ii) [de werknemers] zijn allen in het kader van een reorganisatie per 1 januari 2014 boventallig verklaard. Deze reorganisatie was voorzien in 2009, maar is pas in 2013 aangekondigd en in 2014 uitgevoerd.

(iii) De arbeidsovereenkomsten met [de werknemers] zijn op grond van bedrijfseconomische redenen, met toestemming van het UWV, per 1 april 2014 opgezegd.

(iv) Op de reorganisatie is het Sociaal Plan 2010 NXP Semiconductors Nederland (hierna: sociaal plan) van toepassing. In het sociaal plan, dat zowel door NXP als door de vakorganisaties FNV Bondgenoten, CNV Bedrijvenbond, De Unie en VHP2 is ondertekend, is, voor zover hier van belang, het volgende opgenomen:

Artikel 1 Definities

(...)

i. Salaris

Het bruto loon per maand, inclusief vakantiegeld, dertiende maanduitkering, ploegentoeslag en vaste bijzondere urentoeslag;

(...)

Artikel 6 Vergoeding bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst

Opzegging door werkgever

1. Indien de arbeidsovereenkomst van de medewerker door werkgever wordt beëindigd, heeft de medewerker aanspraak op een vergoeding. Deze vergoeding wordt vastgesteld op basis van de kantonrechtersformule (KRF), zoals deze geldt op het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt. De in deze formule gehanteerde correctiefactor C bedraagt 1. (...)

Opzegging door medewerker

2. Indien de arbeidsovereenkomst van de aangezegde medewerker - na het verstrijken van de boventalligheidsdatum - eindigt op initiatief van de medewerker, door middel van (...) een door werkgever en medewerker op te stellen beëindigingsovereenkomst, heeft de medewerker aanspraak op een vergoeding. Deze vergoeding wordt vastgesteld op basis van de kantonrechtersformule (KRF), zoals deze geldt op het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt. De in deze formule gehanteerde correctiefactor C bedraagt 1. (...)

Maximale vergoeding

4. Indien de berekening van de vergoeding op basis van de kantonrechtersformule (...) meer bedraagt dan het salaris over de periode vanaf en met inbegrip van de eerste dag na afloop van de arbeidsovereenkomst en de dag waarop de arbeidsovereenkomst geëindigd zou zijn als gevolg van het bereiken van de uittredingsrichtdatum conform de door NXP met PME overeengekomen pensioenregeling, wordt de vergoeding vastgesteld op laatstbedoeld bedrag. Voor medewerkers geboren in 1950, 1951 of 1952 geldt, indien zij aanspraak hebben op de TOPSUM(VEOP)-regeling van PME, als uittredingsrichtdatum de eerste van de maand waarin de desbetreffende medewerker de leeftijd van 62 jaar bereikt. Indien en voor zover de medewerker, geboren in 1950, 1951 of 1952, aantoont geen aanspraken te kunnen ontlenen aan de VEOP-regeling, wordt als uittredingsrichtdatum gehanteerd, de eerste dag van de maand waarin de medewerker alsnog kan pensioneren onder dezelfde voorwaarden als op 62 jaar, als ware bij het bereiken van de leeftijd van 62 jaar de VEOP-regeling wel van toepassing geweest.

(...)

Artikel 15 Hardheidsclausule

Indien toepassing van dit sociaal plan leidt tot een voor een medewerker onaanvaardbare situatie en/of indien dit sociaal plan in een voorkomend geval geen oplossing biedt, zulks ter beoordeling van werkgever, beslist werkgever, na...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
5 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 200.241.045/01. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2019-09-24
    • Nederland
    • Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
    • 24 september 2019
    ...aan de belangen van werknemers die al gebruik maakten van die regelingen. 4.6 Het hof stelt, in navolging van HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647, voorop dat uitgangspunt is dat Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van het algemeen kader voor gelijke behand......
  • Uitspraak Nº 200.273.709/01. Gerechtshof Den Haag, 2021-02-23
    • Nederland
    • Gerechtshof Den Haag (Nederland)
    • 23 februari 2021
    ...hij in verband met zijn persoonlijke omstandigheden had willen maken (HvJEU 26 september 2013, ECLI:EU:C:2013:70 en HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647). Gelet op het voorgaande is de groep waartoe [verweerder] behoort niet excessief benadeeld ten opzichte van andere groepen. ABN AMRO en ......
  • Uitspraak Nº 200.230.797_01. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2020-01-28
    • Nederland
    • Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
    • 28 januari 2020
    ...De bijlagen 1 van [appellant 2] en [appellant 6] heeft FNV c.s. desgevraagd niet kunnen produceren. 3.8.5. In HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647 heeft de Hoge Raad - samengevat - het volgende overwogen. Als uitgangspunt geldt Richtlijn 2000/78/EG (https://www.navigator.nl/document/openCi......
  • Uitspraak Nº 18/05125. Hoge Raad, 2020-01-24
    • Nederland
    • 24 januari 2020
    ...zaak C-45/09, ECLI:EU:C:2010:601 (Rosenbladt), punt 73; HR 13 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW3367 (KLM), rov. 5.8 en HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647 (NXP), rov. 4.1.5. ...
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
5 sentencias
  • Uitspraak Nº 200.241.045/01. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2019-09-24
    • Nederland
    • Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
    • 24 september 2019
    ...aan de belangen van werknemers die al gebruik maakten van die regelingen. 4.6 Het hof stelt, in navolging van HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647, voorop dat uitgangspunt is dat Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van het algemeen kader voor gelijke behand......
  • Uitspraak Nº 200.273.709/01. Gerechtshof Den Haag, 2021-02-23
    • Nederland
    • Gerechtshof Den Haag (Nederland)
    • 23 februari 2021
    ...hij in verband met zijn persoonlijke omstandigheden had willen maken (HvJEU 26 september 2013, ECLI:EU:C:2013:70 en HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647). Gelet op het voorgaande is de groep waartoe [verweerder] behoort niet excessief benadeeld ten opzichte van andere groepen. ABN AMRO en ......
  • Uitspraak Nº 200.230.797_01. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2020-01-28
    • Nederland
    • Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
    • 28 januari 2020
    ...De bijlagen 1 van [appellant 2] en [appellant 6] heeft FNV c.s. desgevraagd niet kunnen produceren. 3.8.5. In HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647 heeft de Hoge Raad - samengevat - het volgende overwogen. Als uitgangspunt geldt Richtlijn 2000/78/EG (https://www.navigator.nl/document/openCi......
  • Uitspraak Nº 18/05125. Hoge Raad, 2020-01-24
    • Nederland
    • 24 januari 2020
    ...zaak C-45/09, ECLI:EU:C:2010:601 (Rosenbladt), punt 73; HR 13 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW3367 (KLM), rov. 5.8 en HR 19 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:647 (NXP), rov. 4.1.5. ...
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT