Uitspraak Nº 15/02355. Hoge Raad, 2016-04-22

ECLIECLI:NL:HR:2016:724
Date22 Abril 2016
Docket Number15/02355

22 april 2016

Eerste Kamer

15/02355

LZ/EE

Hoge Raad der Nederlanden

Beschikking

in de zaak van:

[de vrouw],
wonende te [woonplaats],

VERZOEKSTER tot cassatie,

advocaat: mr. H.J.W. Alt,

t e g e n

[de man],
wonende te [woonplaats],

VERWEERDER in cassatie,

niet verschenen.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de vrouw en de man.

1 Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:

a. de beschikking in de zaak C/10/442331/FA RK 14-190 van de rechtbank Rotterdam van 20 juni 2014;

b. de beschikking in de zaak 200.153.443/01 van het gerechtshof Den Haag van 25 februari 2015.

De beschikking van het hof is aan deze de beschikking gehecht.

2 Het geding in cassatie

Tegen de beschikking van het hof heeft de vrouw beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.

De man heeft geen verweerschrift ingediend.

De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot vernietiging van de beschikking van het hof en tot verwijzing.

3 Beoordeling van het middel
3.1

In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.

  • -

    i) Tussen partijen is bij beschikking van de rechtbank Utrecht van 26 april 2006 echtscheiding uitgesproken. Deze beschikking is op 18 september 2006 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.

  • -

    ii) Van de hiervoor in (i) genoemde beschikking maakt deel uit een tussen partijen bij convenant overeengekomen regeling. In een beschikking van de rechtbank Dordrecht van 26 september 2012 is een aanvullend convenant opgenomen.

  • -

    iii) De vrouw heeft sinds 2009 een affectieve relatie met [betrokkene 1]. De vrouw en [betrokkene 1] zijn zeer op elkaar en op elkaars kinderen betrokken, zij gaan samen met de kinderen op vakantie, eten meestal samen en verblijven veel bij elkaar. Ook de kinderen van de vrouw slapen bij [betrokkene 1].

3.2

Voor zover in cassatie van belang heeft de man in dit geding verzocht de beschikking van de rechtbank Dordrecht te wijzigen en te bepalen dat de ten laste van de man aan de vrouw toegekende uitkering tot levensonderhoud ten einde is gekomen met ingang van 31 maart 2013 dan wel 31 oktober 2013 op grond van art. 1:160 BW omdat de vrouw samenwoont met een ander als waren zij gehuwd. Voorts heeft hij verzocht te bepalen dat de vrouw de ten onrechte ontvangen partneralimentatie vanaf 1 april 2013 dan wel 1 november 2013 moet terugbetalen aan de man en dat zij aan de man een bedrag van € 15.932,-- dient te vergoeden wegens de kosten van een rechercherapport. De rechtbank heeft deze verzoeken afgewezen.

3.3.1

Het hof heeft de beschikking van de rechtbank vernietigd. Voor zover in cassatie van belang heeft het bepaald dat de verplichting van de man om aan de vrouw een uitkering tot levensonderhoud te verstrekken, eindigt op 30 oktober 2013, heeft het de vrouw veroordeeld om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de man...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
26 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 200.253.833/01. Gerechtshof Den Haag, 2019-10-16
    • Nederland
    • Gerechtshof Den Haag (Nederland)
    • 16 Octubre 2019
    ...aan de door deze bepaling gestelde eisen voor de beëindiging van de verplichting levensonderhoud te verschaffen (vgl. onder meer ECLI:NL:HR:2016:724). In het beroepschrift is door de man met name ingegaan op de affectieve relatie van duurzame aard die de vrouw naar zijn mening onderhoudt me......
  • Uitspraak Nº 200.263.509/01. Gerechtshof Amsterdam, 2021-02-02
    • Nederland
    • Gerechtshof Amsterdam (Nederland)
    • 2 Febrero 2021
    ...deze bepaling gestelde eisen voor de beëindiging van de verplichting levensonderhoud te verschaffen (vgl. onder meer HR 22 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:724 en HR 15 november 2013, ECLI:NL:HR:2013:1246). Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting in hoger beroep is het hof van oor......
  • Uitspraak Nº 200.267.800/01 en 200.270.080/01. Gerechtshof Amsterdam, 2021-01-26
    • Nederland
    • Gerechtshof Amsterdam (Nederland)
    • 26 Enero 2021
    ...deze bepaling gestelde eisen voor de beëindiging van de verplichting levensonderhoud te verschaffen (vgl. onder meer HR 22 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:724 en HR 15 november 2013, Niet in geschil is dat de door de man gestelde (en door de vrouw weersproken) samenlevingsrelatie met [A] zich h......
  • Uitspraak Nº C/03/262992 / HA ZA 19-200. Rechtbank Limburg, 2020-04-29
    • Nederland
    • 29 Abril 2020
    ...juridisch advies en verzameling van bewijs. Krachtens onder meer HR 18 februari 2005, NJ 2005, 216 (vergelijk ook HR 22 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:724) dient bij een vordering tot vergoeding van de gemaakte kosten voor een deskundigenrapport onderzocht te worden of de daaraan ten grondslag......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
26 sentencias
  • Uitspraak Nº 200.253.833/01. Gerechtshof Den Haag, 2019-10-16
    • Nederland
    • Gerechtshof Den Haag (Nederland)
    • 16 Octubre 2019
    ...aan de door deze bepaling gestelde eisen voor de beëindiging van de verplichting levensonderhoud te verschaffen (vgl. onder meer ECLI:NL:HR:2016:724). In het beroepschrift is door de man met name ingegaan op de affectieve relatie van duurzame aard die de vrouw naar zijn mening onderhoudt me......
  • Uitspraak Nº 200.267.800/01 en 200.270.080/01. Gerechtshof Amsterdam, 2021-01-26
    • Nederland
    • Gerechtshof Amsterdam (Nederland)
    • 26 Enero 2021
    ...deze bepaling gestelde eisen voor de beëindiging van de verplichting levensonderhoud te verschaffen (vgl. onder meer HR 22 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:724 en HR 15 november 2013, Niet in geschil is dat de door de man gestelde (en door de vrouw weersproken) samenlevingsrelatie met [A] zich h......
  • Uitspraak Nº 200.263.509/01. Gerechtshof Amsterdam, 2021-02-02
    • Nederland
    • Gerechtshof Amsterdam (Nederland)
    • 2 Febrero 2021
    ...deze bepaling gestelde eisen voor de beëindiging van de verplichting levensonderhoud te verschaffen (vgl. onder meer HR 22 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:724 en HR 15 november 2013, ECLI:NL:HR:2013:1246). Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting in hoger beroep is het hof van oor......
  • Uitspraak Nº C/03/262992 / HA ZA 19-200. Rechtbank Limburg, 2020-04-29
    • Nederland
    • 29 Abril 2020
    ...juridisch advies en verzameling van bewijs. Krachtens onder meer HR 18 februari 2005, NJ 2005, 216 (vergelijk ook HR 22 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:724) dient bij een vordering tot vergoeding van de gemaakte kosten voor een deskundigenrapport onderzocht te worden of de daaraan ten grondslag......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT