Uitspraak Nº 201307903/1/R1. Raad van State, 2015-04-22

ECLIECLI:NL:RVS:2015:1261
Date22 Abril 2015
Docket Number201307903/1/R1
CourtCouncil of State (Netherlands)

201307903/1/R1.

Datum uitspraak: 22 april 2015

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

1. [appellant sub 1], wonend te Haaksbergen,

2. [appellant sub 2], wonend te Haaksbergen,

3. [appellant sub 3], wonend te Buurse, gemeente Haaksbergen,

4. [appellant sub 4], wonend te Buurse, gemeente Haaksbergen,

5. [appellant sub 5], wonend te Haaksbergen,

6. [appellant sub 6], wonend te Haaksbergen,

7. [appellant sub 7], wonend te Haaksbergen,

8. [appellant sub 8], wonend te Haaksbergen,

9. [appellant sub 9], handelend onder de naam [stoeterij], wonend te Haaksbergen,

10. [appellante sub 10], wonend te Haaksbergen,

11. de stichting Stichting Natuur en Milieu Overijssel, gevestigd te Zwolle,

12. de stichting Stichting Natuur en Milieu Haaksbergen, gevestigd te Haaksbergen,

13. [appellant sub 13A] en [appellante sub 13B], beiden wonend te Haaksbergen (hierna tezamen in enkelvoud: [appellant sub 13]),

14. [appellant sub 14], wonend te Haaksbergen,

en

de raad van de gemeente Haaksbergen,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 2 juli 2013 heeft de raad het bestemmingsplan

"Buitengebied Haaksbergen" vastgesteld.

Tegen dit besluit hebben [appellant sub 1], [appellant sub 2], [appellant sub 3], [appellant sub 4], [appellant sub 5], [appellant sub 6], [appellant sub 7], [appellant sub 8], [appellant sub 9], [appellante sub 10], SNM Overijssel, SNM Haaksbergen, [appellant sub 13] en [appellant sub 14] beroep ingesteld.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

Daartoe in de gelegenheid gesteld heeft [belanghebbende] een nadere uiteenzetting gegeven.

De Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening heeft desverzocht een deskundigenbericht uitgebracht.

[appellant sub 2], [appellant sub 6], [appellant sub 3], [appellant sub 5], [appellant sub 8], SNM Haaksbergen en de raad hebben hun zienswijze daarop naar voren gebracht.

[appellant sub 2], [appellant sub 6], [appellant sub 3], [appellant sub 5], SNM Overijssel, SNM Haaksbergen, [appellant sub 13] en de raad hebben nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 27 en 28 oktober 2014, waar appellanten in persoon zijn verschenen en/of zich hebben doen vertegenwoordigen. De raad heeft zich doen vertegenwoordigen. Voorts is een aantal belanghebbenden als partij gehoord.

De Afdeling heeft in het beroep van SNM Haaksbergen het vooronderzoek heropend en op 30 oktober 2014 een comparitiezitting gehouden. Vervolgens heeft de Afdeling het vooronderzoek gesloten.

Overwegingen

Toetsingskader

1. Bij de vaststelling van een bestemmingsplan heeft de raad beleidsvrijheid om bestemmingen aan te wijzen en regels te geven die de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig acht. De Afdeling toetst deze beslissing terughoudend. Dit betekent dat de Afdeling aan de hand van de beroepsgronden beoordeelt of aanleiding bestaat voor het oordeel dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Voorts beoordeelt de Afdeling aan de hand van de beroepsgronden of het bestreden besluit anderszins is voorbereid of genomen in strijd met het recht.

Het plan

2. Het plan heeft betrekking op het gehele buitengebied van Haaksbergen. De kernen maken geen deel uit van het plangebied, evenals het gebied "Scholtenhagen-Watermolen" en het bedrijventerrein "Stepelerveld".

De beroepen van [appellant sub 2] en [appellant sub 6]

3. Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.

4. De beroepen van [appellant sub 2] en [appellant sub 6] zijn gericht tegen het gehele plan, althans tegen een groot aantal planonderdelen. Zij hebben gesteld dat zij bewoner en/of eigenaar zijn van het perceel [locatie 1]. In het rapport van de Sociale Recherche Twente van 21 februari 2014 staat dat het perceel in of omstreeks november 2012 is verkocht aan een derde en dat [appellant sub 2] en [appellant sub 6] zijn verhuisd naar een locatie buiten de gemeente, naar wordt aangenomen in Duitsland. Blijkens de door de raad overgelegde kadastrale gegevens is [appellant sub 2] tot 26 september 2012 eigenaar geweest van de twee kadastrale percelen die gezamenlijk het perceel [locatie 1] vormen. Op 26 september 2012 zijn de twee percelen geleverd aan een derde. Het voorgaande leidt tot het oordeel dat [appellant sub 2] en [appellant sub 6] ten tijde van het vaststellen van het plan eigenaar noch bewoner waren van het perceel [locatie 1]. De gestelde omstandigheid dat bij het gerechtshof een civiele procedure aanhangig is over de rechtmatigheid van de executoriale verkoop van het perceel [locatie 1] doet aan het voorgaande niet af. [appellant sub 2] en [appellant sub 6] hebben geen andere feiten of omstandigheden aangevoerd in verband waarmee zou moeten worden geoordeeld dat een objectief en persoonlijk belang van hen rechtstreeks door het besluit zou worden geraakt.

De conclusie is dat [appellant sub 2] en [appellant sub 6] geen belanghebbende zijn bij het bestreden besluit als bedoeld in artikel 1:2, eerste lid, van de Awb en dat zij daartegen ingevolge artikel 8:1 van de Awb, in samenhang gelezen met artikel 8:6 van de Awb en artikel 2, van bijlage 2 bij de Awb, dan ook geen beroep kunnen instellen.

Gelet op het voorgaande zijn de beroepen van [appellant sub 2] en [appellant sub 6] niet-ontvankelijk.

Het beroep van [appellant sub 3]

5. [appellant sub 3] betoogt dat de raad ten onrechte heeft voorzien in de bestemming "Wonen" voor het perceel de Noor ong., direct ten oosten van zijn perceel de [locatie 2]. Hij voert aan dat de woonbestemming voor het perceel in strijd is met het gemeentelijke rood voor rood beleid, voor zover dit beleid toegepast kan worden, nu dat in strijd is met de uitgangspunten van de Reconstructiewet, artikel 1 van het Eerste protocol van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) en met Europese regels inzake mededinging.

5.1. De raad stelt dat hij op verzoek van een derde heeft voorzien in een woonbestemming voor het perceel de Noor ong. Het verzoek is getoetst aan het beleid zoals vastgelegd in de beleidsnotitie "Rood voor Rood en VAB beleid 2011", vastgesteld door de raad op 31 december 2011 (hierna: "notitie RvR en VAB"). Dit beleid heeft betrekking op het buitengebied van Haaksbergen en dient als toetsingskader voor initiatieven waarbij landschapontsierende agrarische bebouwing wordt gesloopt. Het verzoek om een compensatiekavel voor het perceel de Noor ong. voldoet aan het beleid, aldus de raad.

5.2. Aan het perceel de Noor ong. was in het voorheen geldende bestemmingsplan "Buitengebied", vastgesteld door de raad op 29 november 2000 en goedgekeurd door het college van gedeputeerde staten van Overijssel op 19 juni 2001, een agrarische bestemming toegekend. De gronden maakten deel uit van het perceel [locatie 3] in Buurse. Op het perceel [locatie 3] is een agrarisch bedrijf gevestigd, dat voorheen bestond uit een akkerbouwbedrijf en een intensieve veehouderij. De eigenaar/exploitant van dit bedrijf heeft in mei 2009 de raad verzocht om toekenning van een woonbestemming aan een gedeelte van zijn perceel [locatie 3], thans het perceel de Noor ong. Als tegenprestatie diende het gebruik van het perceel [locatie 3] voor intensieve veeteelt te worden beëindigd en de als gevolg daarvan vrijgekomen bedrijfsbebouwing te worden gesloopt.

5.3. In de notitie RvR en VAB staat dat ter compensatie van de sloop van minimaal 850 m² landschapontsierende bedrijfsgebouwen, één bouwkavel voor een woning kan worden toegekend. De omvang van de bouwkavel bedraagt maximaal 1.000 m². De inhoud van de woning mag niet meer dan 750 m³ bedragen. Er mag maximaal 100 m² aan bijgebouwen worden opgericht. Het uitgangspunt is dat de bouwkavel wordt toegekend op de slooplocatie, maar het is ook mogelijk een bouwkavel te verkrijgen op gronden direct grenzend aan de slooplocatie. Wanneer geen mogelijkheid bestaat om op de sloopkavel dan wel op direct aangrenzende gronden een bouwkavel te vinden, kan worden gezocht naar een alternatieve locatie bij een bestaande bebouwingsconcentratie in het buitengebied. De sloop van voormalige agrarische bedrijfsbebouwing en de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit worden gefinancierd uit de opbrengsten die de bouwkavel genereert.

5.4. [appellant sub 3] heeft zijn betoog dat de notitie RvR en VAB in strijd is met de uitgangspunten van de Reconstructiewet, artikel 1 van het Eerste protocol van het EVRM en Europese regels inzake mededinging niet nader onderbouwd. Gelet hierop ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat de raad in dit geval het beleid ten onrechte heeft toegepast. De compensatiekavel is toegekend aan gronden direct grenzend aan de slooplocatie op verzoek van de initiatiefnemer. Het beleid laat dit toe. Voor het overige heeft [appellant sub 3] het standpunt van de raad dat het verzoek in overeenstemming is met de voorwaarden voor toekenning van een compensatiekavel niet bestreden. Gelet hierop ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat de raad zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat het verzoek in overeenstemming is met het de notitie RvR en VAB. Het betoog faalt.

6. [appellant sub 3] betoogt dat hij ernstig wordt benadeeld, nu op grond van het voorheen geldende bestemmingsplan "Buurse 2003" de gronden ten oosten van zijn woning niet bebouwd mochten worden. De woonbestemming voor de compensatiekavel leidt tot een ernstige aantasting van zijn uitzicht en privacy, aldus [appellant sub 3].

6.1. Aan het perceel de Noor ong. is in het plan de bestemming "Wonen" toegekend.

Ingevolge artikel 30, lid 30.1, aanhef en onder a, van de planregels zijn de voor "Wonen" aangewezen gronden bestemd voor wonen, al dan niet...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
7 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 201609227/1/A1. Raad van State, 2018-02-07
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • February 7, 2018
    ...door hem in beroep naar voren gebrachte gronden met betrekking tot de uitvoering van de uitspraak van de Afdeling van 22 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261 in de bestemmingsplanzaak, en de onzorgvuldige gang van zaken bij eerder aan [appellant sub 1] verleende omgevingsvergunningen ten behoe......
  • Uitspraak Nº 201800461/1/R3. Raad van State, 2019-04-24
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • April 24, 2019
    ...zoals dat is vastgesteld bij besluit van 2 juli 2013 en zoals aan de orde was in de uitspraak van de Afdeling van 22 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261. Het beroep van [appellant sub 3. [appellant sub 2] woont aan de [locatie A]. Dit perceel grenst aan het perceel [locatie B]. Hij richt zich......
  • Uitspraak Nº 201909389/1/R4. Raad van State, 2022-02-02
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • February 2, 2022
    ...gelet op daarin opgenomen afwijkingsbevoegdheden. Vergelijk rechtsoverweging 41.4 van de uitspraak van de Afdeling van 15 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261. Zo is in het stikstofrapport geen rekening gehouden met de in artikel 4.4, zesde, zevende en tiende lid, van de planregels aan het col......
  • Uitspraak Nº 201702656/1/R3. Raad van State, 2018-05-23
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • May 23, 2018
    ...Haaksbergen" vastgesteld. Daarin was aan het perceel [locatie 2] de bestemming "Wonen" toegekend. 3. Bij uitspraak van 22 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261, heeft de Afdeling het besluit van de raad van 2 juli 2013 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Haaksbergen" deels ve......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
7 sentencias
  • Uitspraak Nº 201609227/1/A1. Raad van State, 2018-02-07
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • February 7, 2018
    ...door hem in beroep naar voren gebrachte gronden met betrekking tot de uitvoering van de uitspraak van de Afdeling van 22 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261 in de bestemmingsplanzaak, en de onzorgvuldige gang van zaken bij eerder aan [appellant sub 1] verleende omgevingsvergunningen ten behoe......
  • Uitspraak Nº 201800461/1/R3. Raad van State, 2019-04-24
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • April 24, 2019
    ...zoals dat is vastgesteld bij besluit van 2 juli 2013 en zoals aan de orde was in de uitspraak van de Afdeling van 22 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261. Het beroep van [appellant sub 3. [appellant sub 2] woont aan de [locatie A]. Dit perceel grenst aan het perceel [locatie B]. Hij richt zich......
  • Uitspraak Nº 201909389/1/R4. Raad van State, 2022-02-02
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • February 2, 2022
    ...gelet op daarin opgenomen afwijkingsbevoegdheden. Vergelijk rechtsoverweging 41.4 van de uitspraak van de Afdeling van 15 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261. Zo is in het stikstofrapport geen rekening gehouden met de in artikel 4.4, zesde, zevende en tiende lid, van de planregels aan het col......
  • Uitspraak Nº 201702656/1/R3. Raad van State, 2018-05-23
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • May 23, 2018
    ...Haaksbergen" vastgesteld. Daarin was aan het perceel [locatie 2] de bestemming "Wonen" toegekend. 3. Bij uitspraak van 22 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1261, heeft de Afdeling het besluit van de raad van 2 juli 2013 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Haaksbergen" deels ve......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT