Uitspraak Nº 201409962/1/V6. Raad van State, 2015-10-07

ECLIECLI:NL:RVS:2015:3138
Docket Number201409962/1/V6
Date07 Octubre 2015
CourtCouncil of State (Netherlands)

Bij deze uitspraak is een persbericht uitgebracht.

201409962/1/V6.

Datum uitspraak: 7 oktober 2015

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op de hoger beroepen van:

1. de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

2. [appellant sub 2], gevestigd te [plaats],

appellanten,

tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 28 oktober 2014 in zaak nr. 14/3635 in het geding tussen:

[appellant sub 2]

en

de minister.

Procesverloop

Bij besluit van 16 december 2013 heeft de minister [appellant sub 2] een boete opgelegd van € 24.000,00 wegens overtreding van artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen (hierna: de Wav).

Bij besluit van 14 mei 2014 heeft de minister het daartegen door [appellant sub 2] gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 28 oktober 2014 heeft de rechtbank het daartegen door [appellant sub 2] ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit van 14 mei 2014 vernietigd voor zover daarbij het bedrag van de boete is vastgesteld op € 24.000,00, de boete vastgesteld op € 12.000,00 en bepaald dat deze uitspraak in de plaats treedt van het besluit van 14 mei 2014 voor zover dat is vernietigd. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft de minister hoger beroep ingesteld.

[appellant sub 2] heeft een verweerschrift ingediend en incidenteel hoger beroep ingesteld.

De minister heeft een zienswijze naar voren gebracht.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 19 mei 2015, waar de minister, vertegenwoordigd door mr. G.A.A.M. Zwagemakers, mr. J.J.A. Huisman en mr. J.A. Hofsteenge, allen werkzaam bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna: SZW), en [appellant sub 2], vertegenwoordigd door mr. M.L. Dingemans, advocaat te Amsterdam, zijn verschenen.

Overwegingen

1. Ingevolge artikel 45, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: het VWEU), is het verkeer van werknemers binnen de Unie vrij.

Ingevolge Bijlage VII "Lijst bedoeld in artikel 23 van de Toetredingsakte: overgangsmaatregelen, Roemenië" (PB 2005 L157), onderdeel 1, punt 1, is wat betreft het vrij verkeer van werknemers en het vrij verrichten van diensten dat gepaard gaat met tijdelijk verkeer van werknemers als bedoeld in artikel 1 van Richtlijn 96/71/EG (PB 1997 L18) tussen Roemenië en Nederland, artikel 45 van het VWEU slechts volledig van toepassing onder voorbehoud van de overgangsregelingen van de punten 2 tot en met 14.

Ingevolge punt 2 zullen de huidige lidstaten, in afwijking van de artikelen 1 tot en met 6 van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot het einde van het tweede jaar na de datum van toetreding van Roemenië, nationale of uit bilaterale overeenkomsten voortvloeiende maatregelen toepassen om de toegang van Roemeense onderdanen tot hun arbeidsmarkten te regelen. De huidige lidstaten mogen dergelijke maatregelen blijven toepassen tot het einde van het vijfde jaar na de datum van toetreding van Roemenië.

Ingevolge punt 5 mag een lidstaat die aan het einde van de in punt 2 bedoelde periode van vijf jaar de nationale of uit bilaterale overeenkomsten voortvloeiende maatregelen handhaaft, in geval van ernstige verstoringen van zijn arbeidsmarkt of het dreigen daarvan en na kennisgeving aan de Commissie deze maatregelen tot aan het einde van het zevende jaar na de datum van toetreding van Roemenië blijven toepassen.

Nederland heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om ingevolge voormelde Bijlage VII het recht op het vrij verkeer van werknemers, zoals neergelegd in artikel 45 van het VWEU, tijdelijk te beperken en heeft door voortzetting van de overgangsperiode de vergunningplicht ingevolge de Wav tot 1 januari 2014 gehandhaafd (Kamerstukken II 2011/12, 29 407, nr. 132).

Op dit geding is de Wav van toepassing zoals deze luidde tot 1 april 2014.

Ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Wav is het een werkgever verboden een vreemdeling in Nederland arbeid te laten verrichten zonder tewerkstellingsvergunning.

Ingevolge artikel 19d, eerste lid, bedraagt de bestuurlijke boete die voor een overtreding kan worden opgelegd ten hoogste het bedrag van de vijfde categorie, bedoeld in artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht.

Ingevolge het tweede lid verhoogt de op grond van artikel 19a, eerste lid, aangewezen ambtenaar de op te leggen boete met 100% van het boetebedrag, vastgesteld op grond van het zesde lid, indien binnen een tijdvak van vijf jaar voorafgaand aan de dag van constatering van de overtreding een eerdere overtreding, bestaande uit het niet naleven van eenzelfde wettelijke verplichting of verbod of het niet naleven van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen soortgelijke verplichtingen en verboden, is geconstateerd en de bestuurlijke boete wegens de eerdere overtreding onherroepelijk is geworden.

Ingevolge het zesde lid stelt de minister beleidsregels vast waarin de boetebedragen voor de overtredingen worden vastgesteld.

Volgens artikel 1 van de Beleidsregel boeteoplegging Wav 2013 (hierna: de Beleidsregel) worden bij de berekening van een boete, als bedoeld in artikel 19a, eerste lid, van de Wav voor alle overtredingen als uitgangspunt gehanteerd de normbedragen die zijn neergelegd in de ‘Tarieflijst boetenormbedragen bestuurlijke boete Wav’ (hierna: de Tarieflijst), die als bijlage bij de Beleidsregel is gevoegd.

In de Tarieflijst is het boetenormbedrag voor overtreding van artikel 2, eerste lid, op € 12.000,00 per persoon per overtreding gesteld.

2. Het door een arbeidsinspecteur van de Inspectie SZW op ambtsbelofte opgemaakte boeterapport van 21 oktober 2013 houdt in dat in de periode van 15 april 2013 tot en met 1 mei 2013 een vreemdeling van Roemeense nationaliteit (hierna: de vreemdeling) werkzaamheden verrichtte in de huishouding van het hotel van [appellant sub 2], gelegen aan de [locatie] te [plaats]. Het UWV Werkbedrijf heeft voor de geconstateerde werkzaamheden geen...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
74 temas prácticos
  • Uitspraak Nº RPT 15/1909. Rechtbank Rotterdam, 2016-03-09
    • Nederland
    • 9 maart 2016
    ...evenredig moet zijn. Zoals volgt uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) toetst de rechter zonder terughoudendheid of het besluit van het bestuur met betrekking tot de boete voldoet aan de eisen en dus leidt tot e......
  • Uitspraak Nº ROT 15/2860. Rechtbank Rotterdam, 2016-06-13
    • Nederland
    • 13 juni 2016
    ...evenredig moet zijn. Zoals volgt uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) toetst de rechter zonder terughoudendheid of het besluit van het bestuur met betrekking tot de boete voldoet aan de daaraan te stellen en le......
  • Uitspraak Nº AWB - 16 _ 758. Rechtbank Limburg, 2018-02-23
    • Nederland
    • 23 februari 2018
    ...worden vastgesteld. Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) is met ingang van 21 oktober 2015 het Besluit tot wijziging van de beleidsregel boeteoplegging Wav 2015 in werking getreden met terugwerk......
  • Uitspraak Nº ROT 15/7094. Rechtbank Rotterdam, 2016-07-14
    • Nederland
    • 14 juli 2016
    ...evenredig moet zijn. Zoals volgt uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) toetst de rechter zonder terughoudendheid of het besluit van het bestuur met betrekking tot de boete voldoet aan de daaraan te stellen eisen......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
74 sentencias
  • Uitspraak Nº RPT 15/1909. Rechtbank Rotterdam, 2016-03-09
    • Nederland
    • 9 maart 2016
    ...evenredig moet zijn. Zoals volgt uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) toetst de rechter zonder terughoudendheid of het besluit van het bestuur met betrekking tot de boete voldoet aan de eisen en dus leidt tot e......
  • Uitspraak Nº ROT 15/2860. Rechtbank Rotterdam, 2016-06-13
    • Nederland
    • 13 juni 2016
    ...evenredig moet zijn. Zoals volgt uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) toetst de rechter zonder terughoudendheid of het besluit van het bestuur met betrekking tot de boete voldoet aan de daaraan te stellen en le......
  • Uitspraak Nº AWB - 16 _ 758. Rechtbank Limburg, 2018-02-23
    • Nederland
    • 23 februari 2018
    ...worden vastgesteld. Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) is met ingang van 21 oktober 2015 het Besluit tot wijziging van de beleidsregel boeteoplegging Wav 2015 in werking getreden met terugwerk......
  • Uitspraak Nº ROT 15/7094. Rechtbank Rotterdam, 2016-07-14
    • Nederland
    • 14 juli 2016
    ...evenredig moet zijn. Zoals volgt uit de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:3138) toetst de rechter zonder terughoudendheid of het besluit van het bestuur met betrekking tot de boete voldoet aan de daaraan te stellen eisen......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT