Uitspraak Nº 201508884/1/A1. Raad van State, 2016-11-09

ECLIECLI:NL:RVS:2016:2953
Docket Number201508884/1/A1
Date09 Noviembre 2016
CourtCouncil of State (Netherlands)

201508884/1/A1.

Datum uitspraak: 9 november 2016

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellant] en anderen, wonend te Den Helder,

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 27 oktober 2015 in zaken nrs. 15/3796 en 15/3804 in het geding tussen:

[appellant] en anderen

en

het college van burgemeester en wethouders van Den Helder.

Procesverloop

Bij besluit, verzonden op 2 april 2015, heeft het college aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Heijmans Vastgoed B.V. een omgevingsvergunning verleend voor onder meer het realiseren van 34 appartementen alsmede 14 eengezinswoningen op het perceel Keizersgracht 1 tot en met 5, Kanaalweg 320 tot en met 360 en Weststraat 1 tot en met 4 te Den Helder (hierna: het perceel).

Bij besluit, verzonden op 22 juli 2015, heeft het college het door [appellant] en anderen daartegen gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij uitspraak van 27 oktober 2015 heeft de rechtbank het door [appellant] en anderen daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak hebben [appellant] en anderen hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

Bij besluit van 26 april 2016 heeft het college opnieuw op het bezwaar beslist en dit ongegrond verklaard.

[appellant] en anderen hebben een nadere reactie ingediend.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 29 augustus 2016, waar [appellant] en anderen, vertegenwoordigd door R. Hocqué en C.H. Welboren, het college, vertegenwoordigd door N. Boer, werkzaam bij de gemeente Den Helder, en Heijmans, vertegenwoordigd door C.G. Cooiman en R.A. Barendse, zijn verschenen.

Overwegingen

Inleiding

1. Het college heeft bij het besluit, verzonden op 2 april 2015, beslist op de door Heijmans op 29 december 2014 gedane aanvraag om omgevingsvergunning. Het bouwplan betreft het plan Molenplein fase 3, deel 2, en voorziet onder meer in het noordelijk deel van het perceel in een appartementengebouw met 15 appartementen. Naast dit appartementengebouw komt een woontoren van 31,97 m hoog met daarin 19 appartementen.

[appellant] en anderen (hierna tezamen in enkelvoud: [appellant]) wonen allen in de directe omgeving van de locatie waarop de in het bouwplan opgenomen bebouwing is voorzien. [appellant] kan zich met name niet verenigen met de hoogte van de woontoren.

Het college heeft het bezwaar van [appellant] tegen het besluit, verzonden op 2 april 2015, niet-ontvankelijk verklaard omdat het volgens het college niet tijdig is ingediend. De rechtbank heeft geoordeeld dat het college terecht het bezwaar niet-ontvankelijk heeft verklaard. Om die reden is de rechtbank niet toegekomen aan een inhoudelijke beoordeling van de gronden van [appellant].

Het besluit, verzonden 2 april 2014,

2. [appellant] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat door haar aannemelijk is gemaakt dat het bezwaar tijdig is gemaakt. Zij stelt dat Welboren te kennen heeft gegeven het bezwaarschrift op 13 mei 2015 in de avond in de brievenbus van het gemeentehuis te hebben gedaan. De omstandigheid dat vanwege de sluiting van het gemeentehuis op en na Hemelvaartsdag het bezwaarschrift eerst op 18 mei 2015 van een ontvangststempel is voorzien, kan haar niet worden tegengeworpen, aldus [appellant].

2.1. De relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene termijnenwet en het Besluit van 17 juni 2013, nr. 13.001210, houdende gelijkstelling van 30 mei 2014, 2 januari, 4 en 15 mei 2015 en 6 mei 2016 met een algemeen erkende feestdag zijn opgenomen in een bijlage die integraal onderdeel is van deze uitspraak.

Het besluit, waarbij de omgevingsvergunning is verleend, is op 2 april 2015 aan Heijmans verzonden. De bezwaartermijn van zes weken is derhalve aangevangen op 3 april 2015 en liep tot en met donderdag 14 mei 2015. Dit was echter de algemeen erkende feestdag Hemelvaartsdag. De termijn is derhalve ingevolge artikel 1 van de Algemene termijnenwet verlengd tot en met de eerste dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is. Omdat vrijdag 15 mei 2015 gelijkgesteld is met een algemeen erkende feestdag en 16 en 17 mei 2015 respectievelijk een zaterdag en zondag waren, is de termijn verlengd tot en met maandag 18 mei 2015. Het door [appellant] ingediende bezwaarschrift is geregistreerd en ingeboekt op maandag 18 mei 2015. Het is derhalve voor het einde van de bezwaartermijn door het college ontvangen en daarmee tijdig ingediend.

Gelet hierop heeft het college het bezwaar ten onrechte wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk geacht. De rechtbank heeft dit niet onderkend.

Het betoog slaagt.

3. Het hoger beroep is gegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden vernietigd, voor zover het beroep ongegrond is verklaard. Doende hetgeen de rechtbank zou behoren te doen, zal de Afdeling het beroep tegen het besluit, verzonden 22 juli 2015, van het college alsnog gegrond verklaren. Dat besluit komt voor vernietiging in aanmerking.

Het besluit van 26 april 2016

4. De voorzieningenrechter van de Afdeling heeft op 22 december 2015 een door [appellant] gedaan, en nadien ingetrokken, verzoek om voorlopige voorziening behandeld. Naar aanleiding van het verhandelde ter zitting heeft het college bij besluit van 26 april 2016 opnieuw op het bezwaar beslist. De Afdeling gaat ervan uit dat hiermee het besluit van 22 juli 2015 is vervangen. Gelet op artikel 6:19, eerste lid, van de Awb wordt dit besluit van rechtswege geacht onderwerp te zijn van dit geding.

5. Het college heeft bij het besluit van 26 april 2016 alsnog inhoudelijk op het bezwaar van [appellant] beslist en dit ongegrond verklaard.

6. In het bestemmingsplan "Stadshart Centrum 2010" is het westelijke deel van het perceel, bestemd tot "Wonen-Woongebouw (W-WG)", "Waarde-Archeologie (WR-A)" en "Waarde - Beschermd stadsgezicht (WR BS)" met de aanduidingen "specifieke bouwaanduiding uitgesloten-bouwregels beschermd stadsgezicht (sba-bbs)", "geluidszone-industrie", "gemengd (gd)" en "vrijwaringszone-waterkering".

Het noordoostelijke deel van het perceel heeft eveneens genoemde bestemmingen en aanduidingen alsmede de aanduiding "specifieke bouwaanduiding-afwijkende bouwhoogte (sba-afb)".

Het overige deel van het perceel is bestemd tot "Wonen" en "Waarde-Archeologie (WR-A)" en "Waarde-Beschermd stadsgezicht (WR-BS) met de aanduidingen "geluidzone-industrie", "parkeergarage (pg)" en "vrijwaringszone-waterkering". Een deel daarvan heeft voorts de aanduiding "specifieke bouwaanduiding uitgesloten-bouwregels beschermd stadsgezicht (sba-bbs)".

De relevante bepalingen van de planvoorschriften van het bestemmingsplan "Stadshart Centrum 2010", alsmede de relevante bepalingen van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo) en bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (hierna: het Bor) zijn opgenomen in de bijlage bij deze uitspraak.

7. Vast staat dat de in het bouwplan opgenomen woontoren en drie eengezinswoningen niet uitsluitend zijn voorzien binnen de op de planverbeelding opgenomen bouwvlakken. De voorziene woontoren alsmede de drie eengezinswoningen overschrijden de bouwvlakken wat betreft de ten opzichte van de openbare weg gelegen achterste bebouwingsgrenzen. Verder wordt wat betreft de woontoren, die een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
18 temas prácticos
  • Uitspraak Nº AWB 16/1605 + AWB 19/1019 + AWB 19/1020. Rechtbank Limburg, 2020-11-18
    • Nederland
    • 18 november 2020
    ...met artikel 4, aanhef en onder 1, van Bijlage II bij het Bor (zie onder meer de uitspraak van de Afdeling van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953). Voor het gedeelte van de bedrijfsloods dat buiten het in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlak ligt en dus in strijd is met het bestemmings......
  • Uitspraak Nº 202104902/1/R1. Raad van State, 2022-09-14
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 14 september 2022
    ...de Algemene termijnenwet (hierna: de Atw) van toepassing is. De rechtbank heeft hierbij gewezen op de uitspraken van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953, 11 oktober 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2758, en 13 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:812. Dit betekent volgens de rechtbank dat de periode waari......
  • Uitspraak Nº ROT-19_00049 en ROT-19_00075. Rechtbank Rotterdam, 2020-11-18
    • Nederland
    • 18 november 2020
    ...van artikel 4, aanhef en onder 1, van bijlage II behorend bij het Bor (vergelijk de uitspraken van de Afdeling van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953, en 25 april 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1305). De rechtbank ziet geen aanleiding voor het oordeel dat het project buiten de bebouwde kom is g......
  • Uitspraak Nº AWB/ROE 20/515. Rechtbank Limburg, 2020-12-02
    • Nederland
    • 2 december 2020
    ...van vaste jurisprudentie (bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953) mag de kruimelgevallen-regeling ook worden toegepast voor de uitbreiding van een nog niet bestaand gebouw. In het geval niet de kruimelge......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
18 sentencias
  • Uitspraak Nº AWB 16/1605 + AWB 19/1019 + AWB 19/1020. Rechtbank Limburg, 2020-11-18
    • Nederland
    • 18 november 2020
    ...met artikel 4, aanhef en onder 1, van Bijlage II bij het Bor (zie onder meer de uitspraak van de Afdeling van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953). Voor het gedeelte van de bedrijfsloods dat buiten het in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlak ligt en dus in strijd is met het bestemmings......
  • Uitspraak Nº 202104902/1/R1. Raad van State, 2022-09-14
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 14 september 2022
    ...de Algemene termijnenwet (hierna: de Atw) van toepassing is. De rechtbank heeft hierbij gewezen op de uitspraken van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953, 11 oktober 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2758, en 13 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:812. Dit betekent volgens de rechtbank dat de periode waari......
  • Uitspraak Nº ROT-19_00049 en ROT-19_00075. Rechtbank Rotterdam, 2020-11-18
    • Nederland
    • 18 november 2020
    ...van artikel 4, aanhef en onder 1, van bijlage II behorend bij het Bor (vergelijk de uitspraken van de Afdeling van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953, en 25 april 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1305). De rechtbank ziet geen aanleiding voor het oordeel dat het project buiten de bebouwde kom is g......
  • Uitspraak Nº AWB/ROE 20/515. Rechtbank Limburg, 2020-12-02
    • Nederland
    • 2 december 2020
    ...van vaste jurisprudentie (bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 9 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2953) mag de kruimelgevallen-regeling ook worden toegepast voor de uitbreiding van een nog niet bestaand gebouw. In het geval niet de kruimelge......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT