Besluit Jeugdwet

Besluit van 5 november 2014, houdende regels ter uitvoering van de Jeugdwet (Besluit Jeugdwet)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 5 augustus 2014, registratienummer 547112, mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; Gelet op de artikelen 1.3, vierde lid, 2.14, 3.4, zesde lid, 4.1.5, eerste lid, 4.1.9, tweede lid, 6.2.1, tweede lid, 6.5.1, tweede lid, 7.1.1.2, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, onderdeel a, 7.1.2.2, vierde lid, 7.1.4.2, vierde lid, 7.2.8, eerste en vijfde lid, 7.4.5, eerste en tweede lid, 8.2.1, vierde lid, en 8.3.2 van de Jeugdwet, 4.1.1, vijfde lid, 4.2.3, eerste lid, 4.2.6, tweede lid, 4.2.12, derde en vierde lid en 5.3.1, vierde lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, 125, eerste lid, van de Ambtenarenwet, 2:1, eerste lid, van de Arbeidstijdenwet, 3.6, tweede lid, en 3.22, vierde lid, van de Wet basisregistratie personen, 3, tweede lid, 3b, tweede lid, 5a, 20, tweede lid, 29, derde lid, en 63, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen, 24 van de Wet beroepen in de individuele gezondheidszorg, 24, tweede lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens, 7, vijfde lid, 239, vijfde lid, en 244 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, 43 en 44, tweede lid, van de Wet op de jeugdzorg, 40, tweede lid, en 42, vijfde lid, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, 48g van de Wet Justitie-subsidies, 11, eerste lid, van de Wet op de omzetbelasting, 13, vierde lid, van de Wet politiegegevens, 47, eerste lid, van de Politiewet 2012, 77z en 77ff, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, 493, zesde lid, van het Wetboek van Strafvordering, 3.14 van de Wet studiefinanciering 2000, 11, eerste lid, van de Tabakswet, 9, eerste lid, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, 1.50, tweede lid, 1.56b, tweede lid en 2.6, tweede lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, artikel 11, derde lid, van de Zorgverzekeringswet, alsmede 2, tweede lid, en 5, achtste lid, van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 18 september 2014, RvS, no. W13.14.0281/III); Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 4 november 2014, kenmerk 681853-128589-WJZ; Hebben goedgevonden en verstaan:

HOOFDSTUK 1 BEGRIPSBEPALINGEN EN REIKWIJDTE

Artikel 1.1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:– beroepsregister:

register waarin beoefenaren van beroepen in het jeugddomein worden ingeschreven en dat tot doel heeft de kwaliteit van de beroepsbeoefening te bevorderen en te handhaven; – geregistreerde jeugdprofessional:

beroepsbeoefenaar die is ingeschreven in het kwaliteitsregister jeugd;– geregistreerde professional:

geregistreerde jeugdprofessional of beroepsbeoefenaar die als arts, verpleegkundige, gezondheidszorgpsycholoog of psychotherapeut is ingeschreven in een register als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg; – gezinsvoogdijwerker:

medewerker van een gecertificeerde instelling, belast met het uitvoeren van de ondertoezichtstelling, bedoeld in artikel 255 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de voorlopige ondertoezichtstelling, bedoeld in artikel van 257 Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek; – jeugddomein:

terrein waarop aanbieders van jeugdhulp, uitvoerders van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering, advies- en meldpunten huiselijk geweld en kindermishandeling, colleges voor zover het betreft de toeleiding naar, advisering over en de bepaling van de aangewezen voorziening, justitiële jeugdinrichtingen, Halt-bureaus en de raad voor de kinderbescherming, werkzaam zijn; – jeugdreclasseringswerker:

medewerker van een gecertificeerde instelling, belast met het uitvoeren van jeugdreclassering;– klacht:

klacht als bedoeld in artikel 6.5.1, eerste lid, van de wet;– klachtencommissie:

klachtencommissie, bedoeld in artikel 4.2.1, tweede lid, van de wet, voor zover deze klachten behandelt over een beslissing als bedoeld in artikel 6.5.1, eerste lid, van de wet; – klager:

degene die een klacht als bedoeld in artikel 6.5.1, eerste lid, van de wet indient;– kwaliteitsregister jeugd:

door Onze Ministers op grond van artikel 5.2.1, eerste lid, erkend register;– registerstichting:

stichting, bedoeld in artikel 5.2.1, tweede lid;– SBV-Z:

sectorale berichtenvoorziening in de zorg als bedoeld in artikel 11 van het Besluit gebruik burgerservicenummer in de zorg; – voogdijwerker:

medewerker van een gecertificeerde instelling, belast met het uitvoeren van de voogdij en de voorlopige voogdij op grond van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek; – vreemdeling:

vreemdeling als bedoeld in de Vreemdelingenwet 2000;– wet:

Jeugdwet.

Artikel 1.2
  1. De verantwoordelijkheid van het college, bedoeld in artikel 1.3, tweede lid, van de wet geldt tevens ten aanzien van vreemdelingen die geen rechtmatig verblijf in Nederland hebben en die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt. 2. Indien ten aanzien van een vreemdeling als bedoeld in het eerste lid een voorziening inhoudende jeugdhulp met verblijf aangewezen is, treft het college slechts een voorziening inhoudende verblijf bij een pleegouder, indien dit noodzakelijk is in het belang van de ontwikkeling van die vreemdeling. Indien het college voor een vreemdeling verblijf bij een pleegouder geboden acht, geeft hij aan waarom hij verblijf in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder niet aangewezen acht. 3. De duur van de voorziening voor een vreemdeling als bedoeld in het eerste lid, is in overeenstemming met de verwachte duur van het verblijf in Nederland en is ten hoogste een half jaar. 4. Indien het college een voorziening als bedoeld in artikel 2.3, eerste lid, van de wet treft ten behoeve van een vreemdeling, is de duur van die voorziening ten hoogste een half jaar, indien de vreemdeling een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd bezit, die is verleend onder de beperking die verband houdt met tijdelijke humanitaire gronden als bedoeld in artikel 3.5, tweede lid, aanhef en onder i, van het Vreemdelingenbesluit 2000.

HOOFDSTUK 2 DE GEMEENTE

Artikel 2.1

Ter uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 2.14, eerste lid, van de wet, draagt het college zorg voor de beschikbaarheid van relevante deskundigheid met betrekking tot: a. opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen, b. opvoedingssituaties waardoor jeugdigen mogelijk in hun ontwikkeling worden bedreigd, c. taal- en leerproblemen, d. somatische aandoeningen, e. lichamelijke of verstandelijke beperkingen, en f. kindermishandeling en huiselijk geweld.

Artikel 2.2

Het college draagt er zorg voor dat de ambtenaar of de functionaris, bedoeld in artikel 11aa, eerste lid, van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens, in het bezit is van een verklaring omtrent het gedrag als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, die niet ouder is dan twee jaar.

HOOFDSTUK 3 DE CERTIFICERING

§ 3.1 De certificerende instelling

Artikel 3.1.1
  1. Als certificerende instelling wordt aangewezen een instelling die: a. rechtspersoonlijkheid heeft, b. onafhankelijk is, c. haar zetel of vestiging in Nederland heeft, d. beschikt over voldoende deskundigheid en toerusting om de uitvoering van de taken naar behoren te vervullen, e. beschikt over een behoorlijke administratie waarin de gegevens die samenhangen met en betrekking hebben op de uitvoering van haar taken, op een systematische wijze zijn vastgelegd, en f. verzekerd is tegen wettelijke aansprakelijkheid voor risico’s die voortvloeien uit de uitoefening van haar taken. 2. De aanwijzing geschiedt voor een periode van vijf jaar. 3. Bij regeling van Onze Minister van Veiligheid en Justitie kunnen nadere regels gesteld worden met betrekking tot het eerste lid.

Artikel 3.1.2

Onze Minister van Veiligheid en Justitie ziet toe op de rechtmatige, doeltreffende en doelmatige...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT