Wet van 16 januari 2017 tot wijziging van de socialezekerheidswetgeving, de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, de Wet studiefinanciering 2000, de Wet studiefinanciering BES, de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten en de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen in verband met opname van een grondslag voor beëindiging van uitkeringen, studiefinanciering en tegemoetkoming bij deelname aan een terroristische organisatie

Wet van 16 januari 2017 tot wijziging van de socialezekerheidswetgeving, de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, de Wet studiefinanciering 2000, de Wet studiefinanciering BES, de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten en de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen in verband met opname van een grondslag voor beëindiging van uitkeringen, studiefinanciering en tegemoetkoming bij deelname aan een terroristische organisatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk wordt geacht in de socialezekerheidswetgeving, de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, de Wet studiefinanciering 2000, de Wet studiefinanciering BES, de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten en de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen bepalingen op te nemen die het mogelijk maken een uitkering, studiefinanciering of tegemoetkoming te beëindigen in geval het gegronde vermoeden bestaat dat de rechthebbende Nederland heeft verlaten met het doel zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie; Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

ARTIKEL I

ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET.

De Algemene Kinderbijslagwet wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 1 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende: e. uitreiziger:

persoon ten aanzien van wie op grond van een melding van de opsporingsdiensten of inlichtingen- en veiligheidsdiensten, gericht aan de Sociale verzekeringsbank, is gebleken dat het gegronde vermoeden bestaat dat deze persoon zich buiten Nederland bevindt met het doel om zich aan te sluiten bij een organisatie die door Onze Minister van Veiligheid en Justitie, in overeenstemming met het gevoelen van de Rijksministerraad, is geplaatst op een lijst van organisaties die deelnemen aan een nationaal of internationaal gewapend conflict en een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. B In hoofdstuk III, paragraaf 1, wordt na artikel 7c een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 7

d.

  1. Geen recht op kinderbijslag overeenkomstig de bepalingen van deze wet heeft de verzekerde die een uitreiziger is. 2. De verzekerde heeft geen recht op kinderbijslag overeenkomstig de bepalingen van deze wet voor een kind dat een uitreiziger is. C Aan artikel 11 wordt een lid toegevoegd, luidende: 4. Recht op kinderbijslag voor een kind ingevolge deze wet heeft slechts degene, die op de eerste dag van een kalenderkwartaal verzekerd is en na toepassing van artikel 7d niet langer het gegronde vermoeden bestaat dat hij of het kind zich buiten Nederland bevindt met het doel om zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in artikel 1, onderdeel e.

ARTIKEL II

ALGEMENE NABESTAANDENWET.

De Algemene nabestaandenwet wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 1 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel p door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende: q. uitreiziger:

persoon ten aanzien van wie op grond van een melding van de opsporingsdiensten of inlichtingen- en veiligheidsdiensten, gericht aan de Sociale verzekeringsbank, is gebleken dat het gegronde vermoeden bestaat dat deze persoon zich buiten Nederland bevindt met het doel om zich aan te sluiten bij een organisatie die door Onze Minister van Veiligheid en Justitie, in overeenstemming met het gevoelen van de Rijksministerraad, is geplaatst op een lijst van organisaties die deelnemen aan een nationaal of internationaal gewapend conflict en een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. B Het opschrift van paragraaf 10 van afdeling I van hoofdstuk 3 komt te luiden:

§ 10 Geen recht op nabestaandenuitkering en wezenuitkering tijdens vrijheidsontneming, onttrekking aan vrijheidsontneming en deelname aan een terroristische organisatie in het buitenland

C Na artikel 32f worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 32

g.

  1. Geen recht op nabestaandenuitkering ontstaat voor de nabestaande indien hij op de dag van het overlijden van de verzekerde een uitreiziger is. Geen recht op wezenuitkering ontstaat voor het kind indien het op de dag van het overlijden van de verzekerde een uitreiziger is. 2. Voor de persoon, bedoeld in het eerste lid, ontstaat, onverminderd artikel 15, 27, 32d of 32h, recht op nabestaandenuitkering of wezenuitkering vanaf de dag dat: a. niet langer het gegronde vermoeden bestaat dat de nabestaande zich buiten Nederland bevindt met het doel zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in artikel 1, onderdeel q, en hij voldoet aan een voorwaarde als bedoeld in artikel 14, eerste lid, of de voorwaarden bedoeld in artikel 66a, tweede lid, en onverminderd artikel 14, derde lid; b. niet langer het gegronde vermoeden bestaat dat het kind zich buiten Nederland bevindt met het doel zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in het eerste lid, eerste zin, en het voldoet aan een voorwaarde als bedoeld in artikel 26, eerste en tweede lid. 3. Voor het tweede lid is artikel 33, eerste lid, van overeenkomstige toepassing.

Artikel 32

h.

  1. Het recht op nabestaandenuitkering eindigt, indien de nabestaande, nadat het recht op nabestaandenuitkering is ingegaan, een uitreiziger is. Het recht op wezenuitkering eindigt indien het kind, nadat het recht op wezenuitkering is ingegaan, een uitreiziger is. 2. Voor de persoon, bedoeld in het eerste lid, herleeft, onverminderd artikel 15, 27, 32d of 32f, het recht op nabestaandenuitkering of wezenuitkering op de dag dat: a. niet langer het gegronde vermoeden bestaat dat de nabestaande zich buiten Nederland bevindt met het doel zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in artikel 1, onderdeel q, en hij voldoet aan een voorwaarde als bedoeld in artikel 14, eerste lid, of de voorwaarden, bedoeld in artikel 66a, tweede lid, en onverminderd artikel 14, derde lid; b. niet langer het gegronde vermoeden bestaat dat het kind zich buiten Nederland bevindt met het doel zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in artikel 1, onderdeel q, en het voldoet aan een voorwaarde als bedoeld in artikel 26, eerste en tweede lid. 3. Voor het tweede lid is artikel 33, eerste lid, van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL III

ALGEMENE OUDERDOMSWET.

De Algemene Ouderdomswet wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 1, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel k door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende: l. uitreiziger:

persoon ten aanzien van wie op grond van een melding van de opsporingsdiensten of inlichtingen- en veiligheidsdiensten, gericht aan de Sociale verzekeringsbank, is gebleken dat het gegronde vermoeden bestaat dat deze persoon zich buiten Nederland bevindt met het doel om zich aan te sluiten bij een organisatie die door Onze Minister van Veiligheid en Justitie, in overeenstemming met het gevoelen van de Rijksministerraad, is geplaatst op een lijst van organisaties die deelnemen aan een nationaal of internationaal gewapend conflict en een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. B Aan artikel 8, tweede lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende: f. het niet langer bestaan van het gegronde vermoeden dat de pensioengerechtigde dan wel diens partner zich buiten Nederland bevindt met het doel zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel l. C Na artikel 8c wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8

d.

  1. Voor de pensioengerechtigde ontstaat geen recht op ouderdomspensioen indien en voor zolang hij een uitreiziger is. 2. Het recht op ouderdomspensioen eindigt, indien de pensioengerechtigde, nadat het recht op ouderdomspensioen is ingegaan, een uitreiziger is. 3. De persoon die op grond van het eerste of tweede lid geen recht op ouderdomspensioen heeft, heeft met ingang van de dag dat niet langer het gegronde vermoeden bestaat dat hij zich buiten Nederland bevindt met het doel zich aan te sluiten bij een organisatie als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel l, met inachtneming van de bepalingen van deze wet recht op ouderdomspensioen. 4. Geen recht op toeslag heeft de pensioengerechtigde, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van wie de partner een uitreiziger is. 5. Voor het derde is artikel 14, eerste lid, van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL IV

PARTICIPATIEWET.

De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 1 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel m door een puntkomma een onderdeel waarvan de lettering aansluit op het laatste onderdeel toegevoegd, luidende: #. uitreiziger:

persoon ten aanzien van wie op grond van een melding van de opsporingsdiensten of inlichtingen- en veiligheidsdiensten, gericht aan het college of de Sociale verzekeringsbank, is gebleken dat het gegronde vermoeden bestaat dat deze persoon zich buiten Nederland bevindt met het doel om zich aan te sluiten bij een organisatie die door Onze Minister van Veiligheid en Justitie, in overeenstemming met het gevoelen van de Rijksministerraad, is geplaatst op een lijst van organisaties die deelnemen aan een nationaal of internationaal gewapend conflict en een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. B Aan...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT